< اول تواریخ 18 >
پس از چندی باز داوود به فلسطینیها حمله کرده، آنها را شکست داد و شهر جت و روستاهای اطراف آن را از دست ایشان گرفت. داوود همچنین موآبیها را شکست داد و آنها تابع داوود شده، به او باج و خراج میدادند. | 1 |
Het geschiedde nu na dezen, dat David de Filistijnen sloeg, en hen ten onder bracht; en hij nam Gath, en haar onderhorige plaatsen, uit der Filistijnen hand.
Hij sloeg ook de Moabieten, alzo dat de Moabieten Davids knechten werden, brengende geschenken.
در ضمن، داوود نیروهای هددعزر، پادشاه صوبه را در نزدیکی حمات در هم شکست، زیرا هددعزر میکوشید نواحی کنار رود فرات را به چنگ آورد. | 3 |
David sloeg ook Hadar-ezer, den koning van Zoba, naar Hamath toe, toen hij heentoog, om zijn hand te stellen aan de rivier Frath.
در این جنگ داوود هزار ارابه، هفت هزار سرباز سواره و بیست هزار سرباز پیاده را به اسیری گرفت. او صد اسب برای ارابهها نگه داشت و رگ پای بقیهٔ اسبان را قطع کرد. | 4 |
En David nam hem duizend wagens af, en zeven duizend ruiters, en twintig duizend man te voet; en David ontzenuwde al de wagen paarden; doch hij behield honderd wagens daarvan over.
همچنین با بیست و دو هزار سرباز سوری که از دمشق برای کمک به هددعزر آمده بودند، جنگید و همهٔ آنها را کشت. | 5 |
En de Syriers van Damaskus kwamen, om Hadar-ezer, den koning van Zoba, te helpen; maar David sloeg van de Syriers twee en twintig duizend man.
داوود در دمشق چندین قرارگاه مستقر ساخت و مردم سوریه تابع داوود شده، به او باج و خراج میپرداختند. به این ترتیب داوود هر جا میرفت، خداوند او را پیروزی میبخشید. | 6 |
En David leide bezetting in Syrie van Damaskus, alzo dat de Syriers Davids knechten werden, geschenken brengende. En de HEERE behoedde David overal, waar hij heenging.
داوود سپرهای طلای سرداران هددعزر را برداشت و به اورشلیم برد. | 7 |
En David nam de gouden schilden, die bij Hadar-ezers knechten waren, en hij bracht ze te Jeruzalem.
در ضمن مقدار زیادی مفرغ از طبحت و کُن شهرهای هددعزر گرفته، آنها را نیز به اورشلیم برد. (بعدها سلیمان از این مفرغ برای ساختن لوازم خانهٔ خدا و حوض و ستونهای واقع در آن استفاده کرد.) | 8 |
Ook nam David zeer veel kopers uit Tibchath, en uit Chun, steden van Hadar-ezer; daarvan heeft Salomo de koperen zee, en de pilaren, en de koperen vaten gemaakt.
توعو، پادشاه حمات، وقتی شنید که داوود بر لشکر هددعزر پیروز شده است، | 9 |
Toen Thou, de koning van Hamath, hoorde, dat David de ganse heirkracht van Hadar-ezer, den koning van Zoba, geslagen had;
پسرش هدورام را فرستاد تا سلام وی را به او برساند و این پیروزی را به او تبریک بگوید، چون هددعزر و توعو با هم دشمن بودند. هدورام هدایایی از طلا و نقره و مفرغ به داوود داد. | 10 |
Zo zond hij zijn zoon Hadoram tot den koning David, om hem naar zijn welstand te vragen, en om hem te zegenen, vanwege dat hij met Hadar-ezer gestreden, en hem verslagen had (want Hadar-ezer voerde oorlog tegen Thou), en alle gouden, en zilveren, en koperen vaten;
داوود همهٔ این هدایا را با طلا و نقرهای که خود از ادومیها، موآبیها، عمونیها، فلسطینیها، عمالیقیها به غنیمت گرفته بود وقف خداوند کرد. | 11 |
Deze heiligde de koning David ook den HEERE, met het zilver en het goud, hetwelk hij medegebracht had van al de heidenen: van de Edomieten, en van de Moabieten, en van de kinderen Ammons, en van de Filistijnen, en van de Amalekieten.
ابیشای (پسر صرویه) هجده هزار سرباز ادومی را در درهٔ نمک کشت. | 12 |
Ook sloeg Abisai, de zoon van Zeruja, de Edomieten in het Zoutdal, achttien duizend.
او در سراسر ادوم، قرارگاههایی مستقر کرد و ادومیها تابع داوود شدند. داوود به هر طرف میرفت خداوند به او پیروزی میبخشید. | 13 |
En hij leide bezetting in Edom, zodat al de Edomieten Davids knechten werden; en de HEERE behoedde David overal, waar hij heenging.
داوود با عدل و انصاف بر اسرائیل حکومت میکرد. | 14 |
Alzo regeerde David over gans Israel, en hij deed zijn gansen volke recht en gerechtigheid.
فرماندهٔ سپاه او یوآب (پسر صرویه) و وقایعنگار او یهوشافاط (پسر اخیلود) بود. | 15 |
Joab nu, de zoon van Zeruja, was over het heir; en Josafat, de zoon van Ahilud, was kanselier;
صادوق (پسر اخیطوب) و اخیملک (پسر اَبیّاتار) هر دو کاهن بودند و سرایا کاتب بود. | 16 |
En Zadok, de zoon van Ahitub, en Abimelech, de zoon van Abjathar, waren priesters, en Sausa schrijver;
بنایا (پسر یهویاداع) فرماندهٔ گارد سلطنتی داوود بود. پسران داوود مشاوران دربار بودند. | 17 |
En Benaja, de zoon van Jojada, was over de Krethi en Plethi; maar de zonen van David waren de eersten aan de hand des konings.