Aionian Verses
I, however, say to you that any one who cherishes anger against his brother shall be liable to answer for it to the Court; and whoever pours contempt upon his brother shall be liable to answer for it to the High Council, while whoever calls down curses upon him shall be liable to answer for it in the fiery Pit. (Geenna )
Maar Ik zeg u dat een ieder die ten onrechte toornig is op zijn broeder, schuldig zal zijn voor het gericht; maar wie zegt tot zijn broeder: Raka! die zal schuldig zijn voor den Raad; en wie zegt: Gij dwaas! die zal schuldig zijn tot het helsche vuur. (Geenna )
If your right eye is a snare to you, take it out and throw it away. It would be best for you to lose one part of your body, and not to have the whole of it thrown into the Pit. (Geenna )
En indien uw rechteroog u ergert, trek het uit en werp het van u weg; want het is beter voor u dat één uwer leden verderft, dan dat geheel uw lichaam in de hel zou geworpen worden. (Geenna )
And, if your right hand is a snare to you, cut it off and throw it away. It would be best for you to lose one part of your body, and not to have the whole of it go down to the Pit. (Geenna )
En indien uw rechterhand u ergert, snijd ze af en werp ze van u weg; want het is beter voor u dat één uwer leden verderft, dan dat geheel uw lichaam naar de hel zou gaan. (Geenna )
And do not be afraid of those who kill the body, but are unable to kill the soul; rather be afraid of him who is able to destroy both soul and body in the Pit. (Geenna )
En vreest niet voor hen die het lichaam dooden, maar de ziel niet kunnen dooden, maar vreest veel meer hem die ziel en lichaam kan verderven in de hel. (Geenna )
And you, Capernaum! Will you ‘exalt yourself to Heaven’? ‘You shall go down to the Place of Death.’ For, if the miracles which have been done in you had been done in Sodom, it would have been standing to this day. (Hadēs )
En gij Kapernaüm! zijt gij niet tot den hemel toe verhoogd? Tot het doodenrijk toe zult gij nedergestooten worden. Want zoo in Sodom de krachten geschied, waren die in u geschied zijn, het zou tot vandaag toe bestaan hebben. (Hadēs )
Whoever speaks against the Son of Man will be forgiven, but whoever speaks against the Holy Spirit will not be forgiven, either in the present age, or in the age to come. (aiōn )
En zoo wie een woord spreekt tegen den Zoon des menschen, het zal hem vergeven worden; maar zoo wie spreekt tegen den Heiligen Geest, het zal hem niet vergeven worden, noch in deze eeuw, noch in de toekomende. (aiōn )
By the seed which was sown among the brambles is meant the man who hears the Message, but the cares of life and the glamour of wealth completely choke the Message, so that it gives no return. (aiōn )
En die in de doornen gezaaid is, is hij die het woord hoort, en de zorgen des tijds en de verleiding des rijkdoms verstikken het woord, en het wordt onvruchtbaar. (aiōn )
and the enemy who sowed them is the Devil. The harvest-time is the close of the age, and the reapers are angels. (aiōn )
De vijand, die dit gezaaid heeft, is de duivel; de oogst is de voleinding der eeuw, en de maaiers zijn engelen. (aiōn )
And, just as the tares are gathered and burnt, so it will be at the close of the age. (aiōn )
Gelijk nu het onkruid vergaderd en met vuur verbrand wordt, zoo zal het zijn in de voleinding der eeuw. (aiōn )
So will it be at the close of the age. The angels will go out and separate the wicked from the righteous, (aiōn )
Alzoo zal het zijn in de voleinding der eeuw: de engelen zullen uitgaan en de boozen afzonderen uit het midden der rechtvaardigen; (aiōn )
Yes, and I say to you, Your name is ‘Peter — a Rock, and on this rock I will build my Church, and the Powers of the Place of Death shall not prevail over it. (Hadēs )
Doch Ik zeg u ook dat gij zijt Petrus, en op deze rots zal ik mijn Gemeente bouwen, en de poorten van het doodenrijk zullen haar niet overweldigen. (Hadēs )
If your hand or your foot is a snare to you, cut it off, and throw it away. It would be better for you to enter the Life maimed or lame, than to have both hands, or both feet, and be thrown into the aeonian fire. (aiōnios )
Indien dan uw hand of uw voet u ergert, snijdt ze af en werpt ze van u weg; het is u toch beter kreupel of verminkt het leven in te gaan, dan met twee handen of twee voeten in het eeuwig vuur geworpen te worden. (aiōnios )
If your eye is a snare to you, take it out, and throw it away. It would be better for you to enter the Life with only one eye, than to have both eyes and be thrown into the fiery Pit. (Geenna )
En indien uw oog u ergert, trekt het uit en werpt het van u weg; het is u toch beter met één oog het leven in te gaan, dan met twee oogen in het helsche vuur geworpen te worden. (Geenna )
And a man came up to Jesus, and said: “Teacher, what good thing must I do to obtain Immortal Life?” (aiōnios )
En ziet, er kwam een tot Hem die zeide: Goede Meester, welk goed zal ik doen opdat ik het eeuwige leven hebbe? (aiōnios )
Every one who has left houses, or brothers, or sisters, or father, or mother, or children, or land, on account of my Name, will receive many times as much, and will ‘gain Immortal Life.’ (aiōnios )
En al wie verlaten zal hebben huizen, of broeders, of zusters, of vader, of moeder, of vrouw, of kinderen, of akkers, om mijns Naams wil, die zal honderdvoudig ontvangen en het eeuwige leven beërven. (aiōnios )
and, noticing a solitary fig tree by the road-side, he went up to it, but found nothing on it but leaves. So he said to it: “Never again shall fruit be gathered off you.” And suddenly the fruit tree withered up. (aiōn )
En een vijgeboom aan den weg ziende, ging Hij er naar toe; en Hij vond er niets aan dan alleen bladeren. En Hij zeide: Dat er nooit in der eeuwigheid meer vrucht aan u kome! En de vijgeboom verdorde terstond. (aiōn )
Alas for you, teachers of the law and Pharisees, hypocrites that you are! You scour land and sea to make a single convert, and, when he is gained, you make him twice as deserving of the Pit as you are yourselves. (Geenna )
Wee u, schriftgeleerden en fariseërs, gij geveinsden! omdat gij zee en land afreist om één proseliet te maken, en wanneer hij het is geworden, dan maakt gij hem een kind der hel, tweemaal meer dan gij zelf zijt. (Geenna )
You serpents and brood of vipers! How can you escape being sentenced to the Pit? (Geenna )
Gij slangen– en adderengebroed! hoe zoudt gij het vonnis der hel ontvlieden? (Geenna )
so, while Jesus was sitting on the Mount of Olives, his disciples came up to him privately and said: “Tell us when this will be, and what will be the sign of your Coming, and of the close of the age.” (aiōn )
En toen Hij op den Berg der Olijven zat, kwamen de discipelen tot Hem afzonderlijk, zeggende: Zeg ons, wanneer zal dit zijn? en wat is het teeken van uw toekomst en van de voleinding der eeuw? (aiōn )
Then he will say to those on his left ‘Go from my presence, accursed, into the ‘aeonian fire which has been prepared for the Devil and his angels.’ (aiōnios )
Dan zal Hij ook zeggen tot die aan zijn linkerhand: Gaat van Mij weg, gij vervloekten! naar het eeuwige vuur, dat bereid is voor den duivel en zijn engelen. (aiōnios )
And these last will go away ‘into aeonian punishment,’ but the righteous ‘into aeonian life.’” (aiōnios )
En dezen zullen heengaan tot eeuwige pijniging, maar de rechtvaardigen ten eeuwigen leven. (aiōnios )
and teaching them to lay to heart all the commands that I have given you; and, remember, I myself am with you every day until the close of the age.” (aiōn )
En ziet, Ik ben met u al de dagen tot aan het einde der eeuw. Amen. (aiōn )
but whoever slanders the Holy Spirit remains unforgiven to the end; he has to answer for an enduring sin.” (aiōn , aiōnios )
maar zoo wie tegen den Heiligen Geest zal lasteren, — hij heeft geen vergiffenis in eeuwigheid, maar hij zal schuldig zijn aan een eeuwige zonde. (aiōn , aiōnios )
but the cares of life, and the glamour of wealth, and cravings for many other things come in and completely choke the Message, so that it gives no return. (aiōn )
en de zorgen des tijds, en de verleiding des rijkdoms, en de begeerte naar de andere dingen, komen binnen en verstikken het woord, en het wordt onvruchtbaar. (aiōn )
If your hand proves a snare to you, cut it off. It would be better for you to enter the Life maimed, than to have both your hands and go into the Pit, into the inextinguishable fire. (Geenna )
En als uw hand u ergert, snijd ze af! het is beter dat gij verminkt naar het leven gaat, dan dat gij, twee handen hebbende, naar de helle gaat, naar het onuitbluschbaar vuur, (Geenna )
If your foot proves a snare to you, cut it off. It would be better for you to enter the Life lame, than to have both your feet and be thrown into the Pit. (Geenna )
En als uw voet u ergert, snijd hem af! beter is het dat gij kreupel tot het leven ingaat, dan dat gij, twee voeten hebbende, in de helle geworpen wordt, (Geenna )
If your eye proves a snare to you, tear it out. It would be better for you to enter the Kingdom of God with only one eye, than to have both eyes and be thrown into the Pit, (Geenna )
En als uw oog u ergert, trek het uit! beter is het dat gij met één oog in het koninkrijk Gods ingaat, dan dat gij, twee oogen hebbende, in de helle geworpen wordt, (Geenna )
As Jesus was resuming his journey, a man came running up to him, and threw himself on his knees before him. “Good Teacher,” he asked, “what must I do to gain eternal life?” (aiōnios )
En toen Hij op weg ging, liep er een naar Hem toe en voor Hem op de knieën vallende vroeg hij Hem: Goede Meester! wat zal ik doen om eeuwig leven te verkrijgen? (aiōnios )
who will not receive a hundred times as much, even now in the present — houses, and brothers, and sisters, and mothers, and children, and land — though not without persecutions, and, in the age that is coming, Immortal Life. (aiōn , aiōnios )
of hij ontvangt honderdvoudig nu in dezen tijd huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en kinderen, en akkers, met vervolgingen, en in de eeuw die komende is, eeuwig leven. (aiōn , aiōnios )
So, addressing the tree, he exclaimed: “May no man ever again eat of your fruit!” And his disciples heard what he said. (aiōn )
en Hij antwoordde en zeide tot den boom: Tot in eeuwigheid ete niemand meer vrucht van u! — En zijn discipelen hoorden het. (aiōn )
and he shall reign over the descendants of Jacob for ever; And to his kingdom there shall be no end.” (aiōn )
en Hij zal koning zijn over het huis van Jakob tot in eeuwigheid en aan zijn koninkrijk zal geen einde zijn. (aiōn )
(As he promised to our forefathers) For Abraham and his race for ever.” (aiōn )
— gelijk Hij tot onze vaderen heeft gesproken— aan Abraham en zijn nakomelingen tot in eeuwigheid! (aiōn )
As he promised by the lips of his Holy Prophets of old — (aiōn )
— gelijk Hij gesproken heeft door den mond zijner heilige profeten van de oudste tijden af, — (aiōn )
and the demons begged Jesus not to order them away into the bottomless pit. (Abyssos )
En zij smeekten Hem dat Hij hun niet zou bevelen naar den afgrond te gaan. (Abyssos )
And you, Capernaum! Will you ‘exalt yourself to heaven’? ‘You shall go down to the Place of Death.’ (Hadēs )
En gij, Kapernaüm, zijt gij niet tot den hemel toe verhoogd? — Tot het doodenrijk toe zult gij nedergestooten worden! (Hadēs )
Just then a Student of the Law came forward to test Jesus further. “Teacher,” he said, “what must I do if I am to ‘gain Immortal Life’?” (aiōnios )
En ziet, een zeker wetgeleerde stond op en zeide, om Hem te verzoeken: Meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te verkrijgen? (aiōnios )
I will show you of whom you should be afraid. Be afraid of him who, after killing you, has the power to fling you into the Pit. Yes, I say, be afraid of him. (Geenna )
Maar Ik zal u toonen wien gij te vreezen hebt: Vreest hem die, nadat hij gedood heeft, macht heeft om in de hel te werpen; ja, zeg Ik u, dien moet gij vreezen. (Geenna )
His master complimented this dishonest steward on the shrewdness of his action. And indeed men of the world are shrewder in dealing with their fellow-men than those who have the Light. (aiōn )
En de meester prees den onrechtvaardigen rentmeester omdat hij behendig had gedaan. Want de kinderen dezer eeuw zijn behendiger omtrent hun geslacht dan de kinderen des lichts. (aiōn )
And I say to you ‘Win friends for yourselves with your dishonest money,’ so that, when it comes to an end, there may be a welcome for you into the Eternal Home. (aiōnios )
En Ik zeg ulieden: Maakt u vrienden uit den onrechtvaardigen rijkdom, opdat zij u ontvangen in de eeuwige tenten als gij gebrek zult hebben. (aiōnios )
In the Place of Death he looked up in his torment, and saw Abraham at a distance and Lazarus at his side. (Hadēs )
En toen hij in het doodenrijk zijn oogen opsloeg, in smarten zijnde, zag hij Abraham van verre en Lazarus in zijn schoot. (Hadēs )
And one of the Presidents asked Jesus this question — “Good Teacher, what must I do if I am to gain Immortal Life?” (aiōnios )
En een zeker overste vroeg Hem en zeide: Goede Meester, wat doende zal ik het eeuwige leven beërven? (aiōnios )
who will not receive many times as much in the present, and in the age that is coming Immortal Life.” (aiōn , aiōnios )
die het niet veelvuldig zal weder ontvangen in dezen tijd, en in de toekomende eeuw het eeuwige leven. (aiōn , aiōnios )
“The men and women of this world,” said Jesus, “marry and are given in marriage; (aiōn )
En Jezus zeide tot hen: De kinderen van deze eeuw trouwen en worden ten huwelijk gegeven; (aiōn )
but, for those who are thought worthy to attain to that other world and the resurrection from the dead, there is no marrying or being married, (aiōn )
maar zij die waardig geacht zullen zijn om die eeuw te verwerven en de verrijzenis uit de dooden, zullen niet trouwen of ten huwelijk gegeven worden; (aiōn )
that every one who believes in him may have Immortal Life.” (aiōnios )
opdat al wie in Hem gelooft, niet verga, maar eeuwig leven hebbe. (aiōnios )
For God so loved the world, that he gave his only Son, that every one who believes in him may not be lost, but have Immortal Life. (aiōnios )
Want alzoo heeft God de wereld bemind, dat Hij zijn eeniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft niet verga, maar eeuwig leven hebbe. (aiōnios )
He who believes in the Son has Immortal Life, while he who rejects the Son will not even see that Life, but remains under ‘God’s displeasure.’ (aiōnios )
Die in den Zoon gelooft heeft eeuwig leven, maar die den Zoon ongehoorzaam is zal geen leven zien, maar de gramschap Gods blijft op hem. (aiōnios )
but whoever once drinks of the water that I will give him shall never thirst any more; but the water that I will give him shall become a spring welling up within him — a source of Immortal Life.” (aiōn , aiōnios )
Maar zoo wie drinkt van het water, dat Ik hem zal geven, die zal in eeuwigheid geen dorst krijgen; maar het water dat Ik hem zal geven zal in hem worden een fontein van water, dat springt tot in het eeuwige leven! (aiōn , aiōnios )
Already the reaper is receiving wages and gathering in sheaves for Immortal Life, so that sower and reaper rejoice together. (aiōnios )
De maaier ontvangt loon en vergadert vrucht ten eeuwigen leven, opdat de zaaier en de maaier zich te zamen verblijden. (aiōnios )
In truth I tell you that he who listens to my Message and believes him who sent me, has Immortal Life, and does not come under condemnation, but has already passed out of Death into Life. (aiōnios )
Voorwaar, voorwaar zeg Ik ulieden: Die mijn woord hoort en gelooft in Hem die Mij heeft gezonden, die heeft het eeuwige leven; en in het oordeel komt hij niet, maar hij is overgegaan uit den dood naar het leven. (aiōnios )
You search the Scriptures, because you think that you find in them Immortal Life; and, though it is those very Scriptures that bear testimony to me, (aiōnios )
Gij onderzoekt de Schrifturen, omdat gij daarin eeuwig leven meent te hebben; en die zijn het die van Mij getuigen, (aiōnios )
Work, not for the food that perishes, but for the food that lasts for Immortal Life, which the Son of Man will give you; for upon him the Father — God himself — has set the seal of his approval.” (aiōnios )
Werkt niet om de spijze die vergaat, maar om de spijze die ten eeuwigen leven blijft, die de Zoon des menschen ulieden geven zal; want dezen heeft de Vader, dat is God, met zijn zegel bekrachtigd. (aiōnios )
For it is the will of my Father that every one who sees the Son, and believes in him, should have Immortal Life; and I myself will raise him up at the Last Day.” (aiōnios )
Want dit is de wil, mijns Vaders, die Mij gezonden heeft, dat een ieder die den Zoon aanschouwt, en in Hem gelooft, eeuwig leven hebbe, en Ik zal hem doen verrijzen ten laatsten dage. (aiōnios )
In truth I tell you, he who believes in me has Immortal Life. (aiōnios )
Voorwaar, voorwaar Ik zeg ulieden: Die in Mij gelooft, heeft eeuwig leven. (aiōnios )
I am the Living Bread that has come down from Heaven. If any one eats of this Bread, he will live for ever; and the Bread that I shall give is my flesh, which I will give for the Life of the world.” (aiōn )
Ik ben dat levende Brood, dat uit den hemel is nedergedaald; als iemand eet van dit brood, zal hij leven tot in eeuwigheid; en het brood dat Ik geven zal voor het leven der wereld, is mijn vleesch. (aiōn )
He who takes my flesh for his food, and drinks my blood, has Immortal Life; and I will raise him up at the Last Day. (aiōnios )
Die mijn vleesch eet en mijn bloed drinkt, die heeft eeuwig leven, en Ik zal hem doen verrijzen ten laatsten dage. (aiōnios )
That is the Bread which has come down from Heaven — not such as your ancestors ate, and yet died; he who takes this Bread for his food shall live for ever.” (aiōn )
Dit is het brood dat uit den hemel is nedergedaald; niet zooals de vaders het manna hebben gegeten en zijn gestorven; die dit brood eet zal leven tot in eeuwigheid. (aiōn )
But Simon Peter answered: “Master, to whom shall we go? Immortal Life is in your teaching; (aiōnios )
Simon Petrus antwoordde Hem: Heere! tot wien zouden wij gaan? Gij hebt woorden van eeuwig leven, (aiōnios )
And a slave does not remain in the home always; but a son remains always. (aiōn )
De slaaf nu blijft niet eeuwig in het huis; de zoon blijft er eeuwig. (aiōn )
In truth I tell you, if any one lays my Message to heart, he will never really die.” (aiōn )
Voorwaar, voorwaar Ik zeg ulieden: Als iemand mijn woord bewaard zal hebben, dan zal hij den dood niet zien in der eeuwigheid! (aiōn )
“Now we are sure that you are possessed by a demon,” the Jews replied. “Abraham died, and so did the Prophets; and yet you say ‘If any one lays my Message to heart, he will never know death.’ (aiōn )
De Joden dan zeiden tot Hem: Nu weten wij dat Gij een boozen geest hebt! Abraham is gestorven en de profeten, en Gij zegt: Als iemand mijn woord bewaart, die zal den dood niet smaken in der eeuwigheid! (aiōn )
Since the world began, such a thing was never heard of as any one’s giving sight to a person born blind. (aiōn )
Van ouds af is het niet gehoord dat iemand de oogen geopend heeft van een blindgeborene. (aiōn )
and I give them Immortal Life, and they shall not be lost; nor shall any one snatch them out of my hands. (aiōn , aiōnios )
en Ik geef hun eeuwig leven, en zij zullen geenszins verloren gaan in der eeuwigheid, en niemand zal ze rooven uit mijn hand. (aiōn , aiōnios )
and he who lives and believes in me shall never die. Do you believe this?” (aiōn )
en alwie leeft en in Mij gelooft, zal geenszins sterven in eeuwigheid! — Gelooft gij dat? (aiōn )
He who loves his life loses it; while he who hates his life in the present world shall preserve it for Immortal Life. (aiōnios )
Die zijn leven bemint zal het verliezen, en die zijn leven haat in deze wereld, die zal het bewaren ten eeuwigen leven. (aiōnios )
“We,” replied the people, “have learned from the Law that the ‘Christ is to remain for ever’; how is it, then, that you say that the Son of Man must be ‘lifted up’ Who is this ‘Son of Man’?” (aiōn )
De schare dan antwoordde Hem: Wij hebben gehoord uit de wet dat de Christus in eeuwigheid blijft; en hoe zegt Gij dan dat de Zoon des menschen moet verhoogd worden? Wie is die Zoon des menschen? (aiōn )
And I know that Immortal Life lies in keeping his command. Therefore, whatever I say, I say only what the Father has taught me.” (aiōnios )
en Ik weet dat zijn gebod eeuwig leven is. Wat Ik dan spreek, spreek Ik zooals de Vader Mij gezegd heeft. (aiōnios )
“You shall never wash my feet!” exclaimed Peter. “Unless I wash you,” answered Jesus, “you have nothing in common with me.” (aiōn )
Petrus zeide tot Hem: Mij zult Gij de voeten niet wasschen in eeuwigheid! — Jezus antwoordde hem: Als Ik u niet wassche, dan hebt gij geen deel met Mij! (aiōn )
and I will ask the Father, and he will give you another Helper, to be with you always — the Spirit of Truth. (aiōn )
en Ik zal den Vader vragen, en een anderen Bijstand zal Hij u geven, opdat Hij bij u zij tot in eeuwigheid; (aiōn )
even as thou gavest him power over all mankind, that he should give Immortal Life to all those whom thou has given him. (aiōnios )
gelijk Gij Hem macht hebt gegeven over alle vleesch, opdat Hij aan allen, die Gij Hem gegeven hebt, eeuwig leven geve! (aiōnios )
And the Immortal Life is this — to know thee the one true God, and Jesus Christ whom thou has sent as thy Messenger. (aiōnios )
Dit nu is het eeuwige leven dat zij U kennen, den eenigen waarachtigen God en dien Gij gezonden hebt, Jezus Christus. (aiōnios )
For thou wilt not abandon my soul to the Place of Death, Nor surrender me, your holy one, to undergo corruption. (Hadēs )
op hope dat Gij mijn ziel niet zult overlaten in het doodenrijk en niet zult toelaten dat uw Heilige verderving zie; (Hadēs )
and referred to the resurrection of the Christ when he said that ‘he had not been abandoned to the Place of Death, nor had his body undergone corruption.’ (Hadēs )
zoo heeft hij, dit voorziende, gesproken van de verrijzenis van Christus, dat Hij niet in het doodenrijk is overgelaten, noch zijn vleesch verderving heeft gezien. (Hadēs )
But Heaven must be his home, until the days of the Universal Restoration, of which God has spoken by the lips of his holy Prophets from the very first. (aiōn )
wien de hemel moet ontvangen tot op den tijd der herstelling aller dingen, waarvan God heeft gesproken door den mond der heilige profeten van oudsher. (aiōn )
Then Paul and Barnabas spoke out fearlessly, and said: “It was necessary that the Message of God should be told to you first; but, since you reject it and reckon yourselves not worthy of the Immortal Life — we turn to the Gentiles! (aiōnios )
Doch Paulus en Barnabas zeiden met vrijmoedigheid: Tot ulieden moest het woord Gods het eerst gesproken worden; maar omdat gij het verwerpt en u zelven des eeuwigen levens niet waardig oordeelt, ziet, wij keeren ons tot de heidenen! (aiōnios )
On hearing this, the Gentiles were glad and extolled God’s Message; and all those who had been enrolled for Immortal Life became believers in Christ; (aiōnios )
Toen nu de heidenen dit hoorden waren zij verblijd en zij prezen het woord des Heeren, en zoovelen er verordineerd waren ten eeuwigen leven, geloofden. (aiōnios )
Says the Lord, as he does these things, foreknown from of old.’ (aiōn )
die bekend zijn van eeuwigheid. (aiōn )
For ever since the creation of the universe God’s invisible attributes — his everlasting power and divinity — are to be seen and studied in his works, so that men have no excuse; (aïdios )
Want zijn onzichtbare deugden, te weten: zijn eeuwige kracht en godheid, worden van de schepping der wereld af door zijn werken bekend en gezien; zoodat zij niet onschuldig zijn, (aïdios )
for they had substituted a lie for the truth about God, and had reverenced and worshiped created things more than the Creator, who is to be praised for ever. Amen. (aiōn )
die de waarheid Gods hebben verwisseld met den leugen, en het schepsel hebben vereerd en gediend boven den Schepper, die is te prijzen tot in eeuwigheid, Amen. (aiōn )
To those who, by perseverance in doing good, aim at glory, honour, and all that is imperishable, he will give Immortal Life; (aiōnios )
namelijk eeuwig leven aan degenen die, met volharding in goeddoen, naar glorie en eer en onverderfelijkheid zoeken; (aiōnios )
in order than, just as Sin had reigned in the realm of Death, so, too, might Loving-kindness reign through righteousness, and result in Immortal Life, through Jesus Christ, our Lord. (aiōnios )
opdat zooals de zonde heerschte in den dood, alzoo ook de genade heerschen zou door rechtvaardigheid tot eeuwig leven, door Jezus Christus onzen Heere. (aiōnios )
But now that you have been set free from the control of Sin, and have become servants to God, the fruit that you reap is an ever-increasing holiness, and the end Immortal Life. (aiōnios )
Maar nu vrijgemaakt zijnde van de zonde en Gode dienstbaar geworden, hebt gij uw vrucht tot heiligmaking en het einde is het eeuwige leven; (aiōnios )
The wages of Sin are Death, but the gift of God is Immortal Life, through union with Christ Jesus, our Lord. (aiōnios )
want het loon der zonde is de dood, maar de gifte van Gods genade is het eeuwig leven in Christus Jezus onzen Heere. (aiōnios )
They are descended from the Patriarchs; and, as far as his human nature was concerned, from them came the Christ — he who is supreme over all things, God for ever blessed. Amen. (aiōn )
Van wie de vaderen zijn, en uit wie de Christus is, wat het vleesch betreft, die God is boven allen, geprezen tot in eeuwigheid. Amen. (aiōn )
‘or “Who will go down into the depths below?”’ — which means to bring Christ up from the dead. (Abyssos )
of: wie zal afdalen naar den afgrond? dat is, om Christus uit de dooden op te brengen. (Abyssos )
For God has given all alike over to disobedience, that to all alike he may show mercy. (eleēsē )
Want God heeft allen besloten tot ongehoorzaamheid opdat Hij allen zou barmhartig zijn. (eleēsē )
For all things are from him, through him, and for him. And to him be all glory for ever and ever! Amen. (aiōn )
Want uit Hem, en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen! Hem de glorie tot in eeuwigheid! Amen. (aiōn )
Do not conform to the fashion of this world; but be transformed by the complete change that has come over your minds, so that you may discern what God’s will is — all that is good, acceptable, and perfect. (aiōn )
En wordt niet gelijkvormig aan deze eeuw, maar wordt veranderd door de vernieuwing des gemoeds, om te beproeven welke de wil van God zij, wat goed en welgevallig en volmaakt zij. (aiōn )
Now to him who is able to strengthen you, as promised in the Good News entrusted to me and in the proclamation of Jesus Christ, in accordance with the revelation of that hidden purpose, which in past ages was kept secret but now has been revealed (aiōnios )
Hem nu die machtig is ulieden te versterken, volgens mijn Evangelie en de prediking van Jezus Christus, volgens de openbaring der verborgenheid, die gedurende onheugelijke tijden verzwegen is, (aiōnios )
and, in obedience to the command of the Immortal God, made known through the writings of the Prophets to all nations, to secure submission to the Faith — (aiōnios )
maar nu is geopenbaard en door de profetische Schrifturen volgens bevel des eeuwigen Gods is bekend geworden onder alle volken, tot gehoorzaamheid des geloofs, (aiōnios )
to him, I say, the wise and only God, be ascribed, through Jesus Christ, all glory for ever and ever. Amen. (aiōn )
den alleen wijzen God, door Jezus Christus, Hem de glorie tot in eeuwigheid! Amen. (aiōn )
Where is the Philosopher? where the Teacher of the Law? where the Disputant of to-day? Has not God shown the world’s philosophy to be folly? (aiōn )
Waar is de wijze? Waar is de schriftgeleerde? Waar is de twistredenaar dezer eeuw? Heeft God de wijsheid der wereld niet verdwaasd? (aiōn )
Yet there is a philosophy that we teach to those whose faith is matured, but it is not the philosophy of to-day, nor that of the leaders of to-day — men whose downfall is at hand. (aiōn )
Toch spreken wij wijsheid onder de volwassenen, doch een wijsheid niet van deze eeuw, noch van de oversten dezer eeuw die verdwijnen; (aiōn )
No, it is a divine philosophy that we teach, one concerned with the hidden purpose of God — that long-hidden philosophy which God, before time began, destined for our glory. (aiōn )
maar wij spreken Gods wijsheid in een verborgenheid, die bedekt was, en die God vóór de eeuwen bestemd had tot onze glorie, (aiōn )
This philosophy is not known to any of the leaders of to-day; for, had they known it, they would not have crucified our glorified Lord. (aiōn )
die niemand van de oversten dezer eeuw gekend heeft; want als zij ze gekend hadden dan zouden zij den Heere der glorie niet gekruisigd hebben. (aiōn )
Let no one deceive himself. If any one among you imagines that, as regards this world, he is a wise man, let him become a ‘fool,’ that he may become wise. (aiōn )
Dat niemand zich zelven bedriege! Als iemand onder ulieden denkt verstandig te zijn in deze eeuw, dat hij dan een dwaas worde, opdat hij verstandig moge worden. (aiōn )
Therefore, if what I eat makes my Brother fall, rather than make my Brother fall, I will never eat meat again. (aiōn )
Daarom, als spijze mijn broeder ergert, zal ik volstrekt nooit vleesch eten, opdat ik mijn broeder niet zou ergeren. (aiōn )
These things happened to them by way of warning, and were recorded to serve as a caution to us, in whose days the close of the ages has come. (aiōn )
Deze dingen nu zijn hun overkomen bij maniere van voorbeelden, en ze zijn beschreven tot waarschuwing van ons tot wie de einden der eeuwen zijn gekomen. (aiōn )
‘Death has been swallowed up in victory! Where, O Death, is thy victory? Where, O Death, is thy sting?’ (Hadēs )
O dood, waar is uw overwinning? O dood, waar is uw prikkel? (Hadēs )
Men whose minds have been blinded by the God of this Age, unbelievers as they are, so that the light from the Good News of the glory of the Christ, who is the very incarnation of God, should not shine for them. (aiōn )
in wie de god dezer eeuw de zinnen der ongeloovigen heeft verblind, opdat zij niet zouden zien het licht des Evangelies der glorie van Christus, die het beeld van God is. (aiōn )
The light burden of our momentary trouble is preparing for us, in measure transcending thought, a weight of imperishable glory; (aiōnios )
Want onze lichte verdrukking, die maar voor een oogenblik is, werkt ons op de meest uitnemende wijze een eeuwig gewicht van glorie, (aiōnios )
we, all the while, gazing not on what is seen, but on what is unseen; for what is seen is transient, but what is unseen is imperishable. (aiōnios )
omdat wij niet het oog hebben op de dingen die zichtbaar zijn, maar op de dingen die niet zichtbaar zijn; want de zichtbare dingen zijn voor een tijd, maar de onzichtbare dingen zijn eeuwig. (aiōnios )
For we know that if our tent — that earthly body which is now our home — is taken down, we have a house of God’s building, a home not made by hands, imperishable, in Heaven. (aiōnios )
Want wij weten, als deze onze aardsche woning zal afgebroken zijn, dat wij een gebouw uit God hebben, een woning zonder handen gemaakt, eeuwig, in de hemelen. (aiōnios )
(As Scripture says — ‘He scattered broadcast, he gave to the poor; His righteousness continues for ever.’ (aiōn )
zooals er geschreven is: hij heeft uitgedeeld; hij heeft den armen gegeven; zijn rechtvaardigheid blijft tot in eeuwigheid. (aiōn )
The God and Father of the Lord Jesus — he who is for ever blessed — knows that I am speaking the truth. (aiōn )
De God en Vader van den Heere Jezus, die geprezen zij in der eeuwigheid, weet dat ik niet lieg! (aiōn )
For Christ, to rescue us from this present wicked age, gave himself for our sins, in accordance with the will of God and Father, (aiōn )
die zich zelven gegeven heeft voor onze zonden, opdat Hij ons trekken zou uit deze tegenwoordige booze eeuw, naar den wil van God, onzen Vader, (aiōn )
to whom be ascribed all glory for ever and ever. Amen. (aiōn )
wien de glorie zij tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
For he who sows the field of his earthly nature will from that earthly nature reap corruption; while he who sows the field of the spirit will from that spirit reap Immortal Life. (aiōnios )
Want hij die zaait op zijn eigen vleesch zal uit het vleesch verderf maaien; maar hij die zaait op den geest zal uit den geest eeuwig leven maaien. (aiōnios )
and above every name that can be named, whether in the present age, or in the age to come. (aiōn )
verre boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, en allen naam die genoemd wordt, niet alleen in deze eeuw, maar ook in de toekomende; (aiōn )
For at one time you lived in sin, following the ways of the world, in subjection to the Ruler of the Powers of the air — the Spirit who is still at work among the disobedient. (aiōn )
waarin gij vroeger gewandeld hebt naar de eeuw dezer wereld, naar den overste van de macht der lucht, van den geest die nu werkt in de kinderen der ongehoorzaamheid, (aiōn )
in order that, by his goodness to us in Christ Jesus, he might display in the ages to come the boundless wealth of his loving-kindness. (aiōn )
opdat Hij betoonen zou in de toekomende eeuwen den alles overtreffenden rijkdom zijner genade, in zijn goedertierenheid over ons in Christus Jezus. (aiōn )
and to make clear what is God’s way of working out that hidden purpose which from the first has been concealed in the mind of the Creator of all things; (aiōn )
en voor allen in het licht te stellen welke de bedeeling is der verborgenheid die door alle eeuwen heen verborgen is geweest in God die alle dingen geschapen heeft, (aiōn )
in accordance with that purpose which runs through all the ages and which he has now accomplished in Jesus, the Christ, our Master. (aiōn )
naar het eeuwig voornemen dat Hij opgevat heeft in Christus Jezus, onzen Heere, (aiōn )
To him be all glory through the Church and through Christ Jesus, for all generations, age after age. Amen. (aiōn )
Hem zij de glorie in de gemeente en in Christus Jezus, door alle geslachten van alle eeuwen. Amen. (aiōn )
For ours is no struggle against enemies of flesh and blood, but against all the various Powers of Evil that hold sway in the Darkness around us, against the Spirits of Wickedness on high. (aiōn )
Want voor ons is de worsteling niet tegen vleesch en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheerschers dezer duisternis, tegen de geestelijke wezens der boosheid in de hemelsche plaatsen. (aiōn )
To him, our God and Father, be ascribed all glory for every and ever. Amen. (aiōn )
Gode en onzen Vader zij de glorie in alle eeuwigheden. Amen. (aiōn )
That Truth which has been hidden from former ages and generations. But now it has been revealed to God’s People, (aiōn )
te weten de verborgenheid die verborgen is geweest van alle eeuwen en geslachten, doch nu geopenbaard is aan zijn heiligen, (aiōn )
These men will pay the penalty of unutterable Ruin — banished ‘from the presence of the Lord and from the glorious manifestation of his might, (aiōnios )
die gestraft zullen worden met een eeuwig verderf van het aangezicht des Heeren en van de glorie zijner sterkte, (aiōnios )
And may our Lord Jesus Christ himself, and God our Father, who loved us and, in his loving-kindness, gave us unfailing consolation and good ground for hope, (aiōnios )
En onze Heere Jezus Christus zelf en onze God en Vader die ons bemind heeft en een eeuwige vertroosting gegeven heeft, en goede hope in genade, (aiōnios )
Yet mercy was shown me for the express purpose that Christ Jesus might exhibit in my case, beyond all others, his exhaustless patience, as an example for those who were afterwards to believe on him and attain Immortal Life. (aiōnios )
Maar daarom verkreeg ik barmhartigheid, opdat Jezus Christus in mij, als den eerste, alle lankmoedigheid zou betoonen, tot een voorbeeld van degenen die gelooven zullen tot het eeuwige leven. (aiōnios )
To the Immortal King, ever-living, invisible, the one God, be ascribed honour and glory for ever and ever. Amen. (aiōn )
Den Koning nu der eeuwen, den onverderfelijken, onzichtbaren, eenigen God, zij lof en glorie tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
Run the great race of the Faith, and win the Immortal Life. It was for this that you received the Call, and, in the presence of many witnesses, made the great profession of Faith. (aiōnios )
Strijd den goeden strijd des geloofs, grijp naar het eeuwige leven, waartoe gij geroepen zijt en de goede belijdenis beleden hebt voor het aangezicht van veel getuigen. (aiōnios )
who alone is possessed of immortality and dwells in unapproachable light, whom no man has ever seen or ever can see — to whom be ascribed honour and power for ever. Amen. (aiōnios )
die alleen onsterfelijkheid bezit, een ongenaakbaar licht bewonende, dien geen mensch gezien heeft, noch zien kan; aan wien de eere toekomt en eeuwige kracht! Amen. (aiōnios )
Urge upon those who are wealthy in this life not to pride themselves, or fix their hopes, on so uncertain a thing as wealth, but on God, who gives us a wealth of enjoyment on every side. (aiōn )
Aan de rijken in de tegenwoordige eeuw moet gij gebieden niet hoogmoedig te zijn, noch te vertrouwen op de ongestadigheid van den rijkdom, maar op den God die leeft en die ons alle dingen overvloediglijk verschaft tot gebruik; (aiōn )
It was God who saved us, and from him we received our solemn Call — not as a reward for anything that we had done, but in fulfilment of his own loving purpose. For that love was extended to us, through Christ Jesus, before time began, (aiōnios )
die ons verlost heeft en geroepen met een heilige roeping, niet naar onze werken maar naar zijn eigen voornemen en genade, die ons gegeven is in Christus Jezus vóór de tijden der eeuwen, (aiōnios )
and that is why I submit to anything for the sake of God’s People, that they also may obtain the Salvation which comes from union with Christ Jesus, and imperishable glory. (aiōnios )
Daarom verdraag ik alles om de uitverkorenen, opdat ook zij de zaligheid bekomen zouden, die is in Christus Jezus, met eeuwige glorie. (aiōnios )
for Demas, in his love for the world, has deserted me. He has gone to Thessalonica, Crescens to Galatia, and Titus to Dalmatia. (aiōn )
Want Demas heeft mij verlaten, uit liefde tot de tegenwoordige eeuw, en is gereisd naar Thessalonika, Krescens naar Galatië, Titus naar Dalmatië. (aiōn )
The Lord will rescue me from all evil, and bring me safe into his Heavenly Kingdom. All glory to him for ever and ever! Amen. (aiōn )
De Heere zal mij verlossen van alle kwaad werk en zal mij bewaren tot zijn hemelsch koninkrijk. Hem zij de glorie tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
and is based on the hope of Immortal Life, which God, who never lies, promised before the ages began, (aiōnios )
op hope van het eeuwige leven, dat God die niet liegt beloofd heeft vóór de tijden der eeuwen, (aiōnios )
leading us to renounce irreligious ways and worldly ambitions, and to live discreet, upright, and religious lives here in this present world, (aiōn )
ons opvoedende, opdat wij, de goddeloosheid en de wereldsche lusten verzakende, matig, en rechtvaardig, en godvruchtig zouden leven in de tegenwoordige eeuw, (aiōn )
that, having been pronounced righteous through his loving-kindness, we might enter on our inheritance with the hope of Immortal Life. (aiōnios )
opdat wij, gerechtvaardigd zijnde door zijn genade, erfgenamen zouden worden, naar de hope des eeuwigen levens. (aiōnios )
It may be that he was separated from you for an hour, for this very reason, that you might have him back for ever, (aiōnios )
Misschien toch is hij daarom voor een tijd van u gescheiden geweest, opdat gij hem voor eeuwig zoudt wederbekomen; (aiōnios )
has in these latter days spoken to us by the Son, whom he appointed the heir of all things, and through whom he made the universe. (aiōn )
heeft Hij op het laatst dezer dagen tot ons gesproken in den Zoon, dien Hij heeft gesteld tot erfgenaam van alle dingen, door wien Hij ook de eeuwen gemaakt heeft; (aiōn )
while of the Son he said — ‘God is thy throne for ever and ever; The sceptre of his Kingdom is the sceptre of Justice; (aiōn )
maar tot den Zoon zegt Hij: uw troon, o God, is tot in alle eeuwigheid, en de staf der rechtvaardigheid is de staf van uw koninkrijk; (aiōn )
and on another occasion also — ‘Thou art a priest for all time of the order of Melchizedek.’ (aiōn )
Zooals Hij ook op een andere plaats zegt: Gij zijt een eeuwig priester naar de orde van Melchizedek. (aiōn )
and, being made perfect, he became to all those who obey him the source of eternal Salvation, (aiōnios )
en volmaakt zijnde is Hij voor allen die Hem gehoorzamen de bron eener eeuwige behoudenis geworden, (aiōnios )
teaching concerning baptisms and the laying on of hands, the resurrection of the dead and a final judgment. (aiōnios )
van de leer der reinigingen, en van handenoplegging en van verrijzenis der dooden, en van een eeuwig oordeel. (aiōnios )
and learned to appreciate the beauty of the Divine Message, and the new powers of the Coming Age — (aiōn )
en die het goede woord Gods gesmaakt hebben, en de krachten der toekomende eeuw, (aiōn )
where Jesus, our Forerunner, has entered on our behalf, after being made for all time a High Priest of the order of Melchizedek. (aiōn )
waar Jezus als voorlooper voor ons is ingegaan, die naar de orde van Melchizedek een Hoogepriester geworden is tot in eeuwigheid. (aiōn )
for that is the meaning of the declaration — ‘Thou art for all time a priest of the order of Melchizedek.’ (aiōn )
Want er wordt gezegd: Gij zijt priester tot in eeuwigheid naar de ordening van Melchizedek. (aiōn )
but his appointment was ratified by an oath, when God said to him — ‘The Lord has sworn, and will not change, “Thou art a priest for all time.”’ (aiōn )
maar Jezus met eedzwering door dengene die tot Hem gezegd heeft: de Heere heeft gezworen, en zal geen berouw hebben: Gij zijt priester tot in eeuwigheid (aiōn )
but Jesus remains for all time, and therefore the priesthood that he holds is never liable to pass to another. (aiōn )
maar deze, omdat Hij blijft tot in eeuwigheid, heeft een onvergankelijk priesterschap. (aiōn )
The Law appoints as High Priests men who are liable to infirmity, but the words of God’s oath, which was later than the Law, name the Son as, for all time, the perfect Priest. (aiōn )
Want de wet stelt aan tot hoogepriesters menschen die zwakheden hebben, maar het woord der eedzwering, dat na de wet kwam, stelt den Zoon aan, die tot in eeuwigheid volkomen geworden is. (aiōn )
Nor was it with the blood of goats and calves, but with his own blood, that he entered, once and for all, into the Sanctuary, and obtained our eternal deliverance. (aiōnios )
noch door het bloed van bokken en kalveren, maar door zijn eigen bloed, een eeuwige verlossing verworven hebbende. (aiōnios )
how much more will the blood of the Christ, who, through his eternal Spirit, offered himself up to God, as a victim without blemish, purify our consciences from a lifeless formality, and fit us for the service of the Living God! (aiōnios )
hoeveel te meer zal dan het bloed van Christus die door den eeuwigen Geest zich zelven onbevlekt aan God heeft opgeofferd, uw konsciëntie reinigen van doode werken, om den levenden God te dienen? (aiōnios )
And that is why he is the intermediary of a new Covenant; in order that, as a death has taken place to effect a deliverance from the offences committed under the first Covenant, those who have received the Call may obtain the eternal inheritance promised to them. (aiōnios )
En daarom is Hij Middelaar van een nieuw verbond opdat, nu er een dood is bij gekomen tot verlossing der overtredingen die onder het eerste verbond waren, de geroepenen de belofte der eeuwige–erfenis zouden ontvangen. (aiōnios )
for then Christ would have had to undergo death many times since the creation of the world. But now, once and for all, at the close of the age, he has appeared, in order to abolish sin by the sacrifice of himself. (aiōn )
— anders had Hij dikwijls moeten lijden van de grondlegging der wereld af— maar nu is Hij eenmaal, bij het einde der eeuwen, geopenbaard tot het wegdoen der zonde door zijn eigen offerande. (aiōn )
Faith enables us to perceive that the universe was created at the bidding of God — so that we know that what we see was not made out of visible things. (aiōn )
Door het geloof verstaan wij dat de eeuwen zijn geformeerd door Gods Woord, zoodat hetgeen gezien wordt niet is geworden uit zichtbare dingen. (aiōn )
Jesus Christ is the same yesterday and to-day — yes, and for ever! (aiōn )
Jezus Christus is dezelfde, gisteren, en heden, en tot in eeuwigheid. (aiōn )
May God, the source of all peace, who brought back from the dead him who, ‘by virtue of the blood that rendered valid the unchangeable Covenant, is the Great Shepherd of God’s Sheep,’ Jesus, our Lord — (aiōnios )
De God des vredes nu, die den grooten Herder der schapen uit de dooden heeft wedergebracht, door het bloed van een eeuwig verbond, namelijk onzen Heere Jezus, (aiōnios )
may God make you perfect in everything that is good, so that you may be able to do his will. May he bring out in us all that is pleasing in his sight, through Jesus Christ, to whom be all glory for ever and ever. Amen. (aiōn )
die bekwame ulieden in alle goed werk om zijn wil te doen, werkende in u wat aangenaam is voor zijn aan gezicht door Jezus Christus, wien de glorie zij tot in alle eeuwen. Amen. (aiōn )
And the tongue is like a spark. Among the members of our body it proves itself a very world of mischief; it contaminates the whole body; it sets the wheels of life on fire, and is itself set on fire by the flames of the Pit. (Geenna )
De tong is ook een vuur, de wereld der ongerechtigheid. De tong is onder onze leden als datgene wat het geheele lichaam besmet en den geheelen omloop van ons leven ontsteekt en ontstoken wordt van de hel. (Geenna )
since your new Life has come, not from perishable, but imperishable, seed, through the Message of the Everliving God. (aiōn )
gij die wedergeboren zijt niet uit verderfelijk maar uit onverderfelijk zaad door het woord van God, die leeft en blijft. (aiōn )
but the teaching of the Lord remains for ever.’ And that is the Teaching of the Good News which has been told to you. (aiōn )
maar het woord des Heeren blijft tot in eeuwigheid. En dat is het woord dat aan u verkondigd is. (aiōn )
When any one speaks, let him speak as one who is delivering the oracles of God. When any one is endeavouring to serve others, let him do so in reliance on the strength which God supplies; so that in everything God may be honour ed through Jesus Christ — to whom be ascribed all honour and might for ever and ever. Amen. (aiōn )
Als iemand spreekt, dan spreke hij als woorden Gods, als iemand een bediening heeft, dan diene hij als uit kracht die God verleent, opdat God in alles de glorie ontvange, door Jezus Christus, aan wien de glorie toekomt, en de heerschappij tot in alle eeuwigheid. Amen. (aiōn )
God, from whom all help comes, and who called you, by your union with Christ, into his eternal glory, will, when you have suffered for a little while, himself perfect, establish, strengthen you. (aiōnios )
Doch de God van alle genade, die u geroepen heeft tot zijn eeuwige glorie in Christus, nadat gij een weinig zult geleden hebben, die zal u volmaken, versterken, bevestigen en fundeeren. (aiōnios )
To him be ascribed dominion for ever. Amen. (aiōn )
Hem zij de glorie en de heerschappij tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
For thus you will be given a triumphant admission into the eternal Kingdom of our Lord and Saviour, Jesus Christ. (aiōnios )
Want alzoo zal u een ruime ingang gebaand worden tot het eeuwig koninkrijk van onzen Heere en Zaligmaker Jezus Christus. (aiōnios )
Remember, God did not spare angels when they sinned, but sent them down to Tartarus, and committed them to caverns of darkness, to be kept under guard for judgment. (Tartaroō )
Want is het dat God de engelen die gezondigd hebben niet gespaard heeft maar hen in de hel geworpen heeft, en overgegeven heeft in de boeien der duisternis, om bewaard te worden tot het oordeel; (Tartaroō )
and advance in the love and knowledge of our Lord and Saviour, Jesus Christ. All glory be to him now and for ever. (aiōn )
Maar wast op in genade en in kennis van onzen Heer en Verlosser Jezus Christus. Hem zij de glorie, zoowel nu als tot den dag der eeuwigheid. Amen. (aiōn )
That Life was made visible, and we have seen it, and now bear our testimony to it, and tell you of that Immortal Life, which was with the Father and was made visible to us. (aiōnios )
— en het leven is openbaar geworden, en wij hebben gezien, en getuigen, en verkondigen ulieden het leven dat eeuwig is, dat was bij den Vader en aan ons is openbaar geworden— (aiōnios )
And the world, and all that it gratifies, is passing away, but he who does God’s will remains for ever. (aiōn )
En de wereld gaat voorbij, en haar begeerlijkheid; maar die den wil van God doet, die blijft tot in eeuwigheid. (aiōn )
And this is what he himself promised us — The Immortal Life! (aiōnios )
En dit is de belofte die Hij zelf ons beloofd heeft, het eeuwige leven. (aiōnios )
Every one who hates his Brother is a murderer; and you know that no murderer has Immortal Life within him. (aiōnios )
Al wie zijn broeder haat is een menschenmoordenaar, en gij weet dat geen menschenmoordenaar eeuwig leven in zich blijvende heeft. (aiōnios )
And that testimony is that God gave us Immortal Life, and that this Life is in his Son. (aiōnios )
En deze is de getuigenis, dat God ons het eeuwige leven gegeven heeft, en dit leven is in zijn Zoon. (aiōnios )
I write this to you, that you may realise that you have found Immortal Life — you who believe in the Name of the Son of God. (aiōnios )
Deze dingen heb ik aan u geschreven, opdat gij zoudt weten dat gij eeuwig leven hebt, gij die gelooft in den Naam des Zoons van God. (aiōnios )
We realise, too, that the Son of God has come among us, and has given us the discernment to know the True God; and we are in union with the True God by our union with his Son, Jesus Christ. He is the True God and he is Immortal Life. (aiōnios )
Doch wij weten dat de Zoon van God is gekomen, en Hij heeft ons verstand gegeven, opdat wij den Waarachtige zouden kennen; en wij zijn in den Waarachtige, in zijn Zoon Jezus Christus. Deze is de waarachtige God en het eeuwige leven. (aiōnios )
We love you for the sake of that Truth which is always in our hearts; yes, and it will be ours for ever. (aiōn )
ter wille van de waarheid die in ons blijft, en met ons zal blijven tot in eeuwigheid: (aiōn )
and that even those angels, who did not keep to their appointed spheres, but left their proper homes, have been kept by him for the judgment of the Great Day in everlasting chains and black darkness. (aïdios )
en engelen, die hun eigen waardigheid niet bewaard hebben, maar die hun eigen woning verlaten hebben, heeft Hij in eeuwige boeien onder de duisternis bewaard tot het oordeel van den grooten dag. (aïdios )
Like Sodom and Gomorrah and the towns near them, which gave themselves up to fornication, and fell into unnatural vice, these angels now stand out as a warning, undergoing, as they are, the punishment of aeonian fire. (aiōnios )
Gelijk Sodom en Gomorra en de omliggende steden, die op gelijke maniere als dezen hebben gehoereerd en ander vleesch hebben nageloopen, tot een voorbeeld gesteld zijn, dragende tot straf het eeuwig vuur. (aiōnios )
they are wild sea waves, foaming with their own shame; they are ‘wandering stars,’ for which the blackest darkness has been reserved for ever. (aiōn )
woeste baren der zee, hun eigen schande opwerpende, dwalende planeten, voor wie de donkerheid der duisternis tot in eeuwigheid bewaard is. (aiōn )
and keep within the love of God, while waiting for the mercy of our Lord Jesus Christ, to bring you to Immortal Life. (aiōnios )
moet gij u zelven bewaren in de liefde Gods, verwachtende de barmhartigheid van onzen Heere Jezus Christus, ten eeuwigen leven. (aiōnios )
to the one God, our Saviour, be ascribed, through Jesus Christ, our Lord, glory, majesty, power, and dominion, as it was before time began, is now, and shall be for all time to come. Amen. (aiōn )
den eenigen God, onzen Verlosser, door Jezus Christus onzen Heere, zij glorie, majesteit, heerschappij en macht door alle eeuwen, en nu en tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
and he made us ‘a Kingdom of Priests in the service of God,’ his Father! — to Him be ascribed glory and dominion for ever. Amen. (aiōn )
en die ons gemaakt heeft tot een koninkrijk, tot priesters voor God en zijn Vader, — Hem zij de glorie, en de heerschappij tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
the Everliving. I died, and I am alive for ever and ever. And I hold the keys of the Grave and of the Place of the Dead. (aiōn , Hadēs )
en Ik ben dood geweest en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheid; en Ik heb de sleutels van den dood en het doodenrijk. (aiōn , Hadēs )
And, whenever these Creatures give praise and honour and thanks to him who is ‘seated on the throne, to him who lives for ever and ever,’ (aiōn )
En als de levende wezens glorie en eer en dankzegging zullen geven aan Hem die op den troon zit, den Levende tot in alle eeuwigheid, (aiōn )
the twenty-four Councillors prostrate themselves before him who is seated on the throne, and worship him who lives for ever and ever, and throw down their crowns before the throne, saying — (aiōn )
dan zullen de vier en twintig ouderlingen nedervallen vóór dengene die op den troon zit, en zullen aanbidden den Levende tot in alle eeuwigheid, en zullen hun kroonen nederwerpen voor het aangezicht van den troon, zeggende: (aiōn )
And I heard every created thing in the air, and on the earth, and under the earth, and on the sea, and all that is in them crying — ‘To him who is seated on the throne and to the Lamb be ascribed all blessing, and honour, and praise, and dominion for ever and ever.’ (aiōn )
En alle schepsel dat in den hemel is, en op de aarde, en onder de aarde, en op de zee, en al wat daarin is, hoorde ik ook zeggen: aan Hem die op den troon zit, en aan het Lam, zij de dankzegging, en de eerbied, en de glorie, en de heerschappij, tot in alle eeuwigheid! (aiōn )
And in my vision I saw a grey horse. His rider’s name was Death, and the Lord of the Place of Death rode behind him; and power was given them over the fourth part of the earth, so that they might ‘destroy with sword and famine and death, and by means of the wild beasts of the earth.’ (Hadēs )
En ik zag en zie, een vaal paard, en die daarop zat, zijn naam was de Dood, en het doodenrijk volgde met hem. En aan dezen werd macht gegeven over het vierde deel der aarde, om te dooden met het zwaard, en met den honger, en met den dood, en door de wilde beesten der aarde. (Hadēs )
saying — ‘Amen. Blessing and praise, and wisdom, and thanksgiving, and honour, and power, and might be ascribed to our God for ever and ever. Amen.’ (aiōn )
zeggende: Amen! De lofzegging, en de glorie, en de wijsheid, en de dankzeging, en de eerbied, en de macht, en de sterkte, zij onzen God tot in alle eeuwigheid! Amen. (aiōn )
Then the fifth angel blew; and I saw a Star that had fallen upon the earth from the heavens, and to him was given the key of the bottomless pit. (Abyssos )
En de vijfde engel heeft getrompet; en ik zag een ster uit den hemel gevallen naar de aarde, en aan haar werd de sleutel gegeven van den put des afgronds. (Abyssos )
He opened the bottomless pit, and from the pit rose a smoke like the smoke of a great furnace. The sun and the air grew dark because of the smoke from the pit. (Abyssos )
En zij deed den put des afgronds open; en er kwam rook op uit den afgrond, als rook van een grooten oven, en de zon en de lucht werden verduisterd door den rook des afgronds. (Abyssos )
They have as their king the Angel of the bottomless pit, whose name, in Hebrew, is ‘Abaddon,’ while, in Greek, his name is ‘Apollyon’ (the Destroyer). (Abyssos )
Zij hadden tot hun koning den engel des afgronds, wiens naam in het Hebreeuwsch is Abaddon, en in het Grieksch is zijn naam Apollyon. (Abyssos )
and swore by him who lives for ever and ever, who created the heavens and all that is in them, and the earth and all that is in it, and the sea and all that is in it,’ that time should cease to be. (aiōn )
en hij zwoer bij den Levende tot in alle eeuwigheid, die den hemel en wat daarin is geschapen heeft, de aarde en wat daarin is, en de zee en wat daarin is, dat er geen tijd meer zijn zal, (aiōn )
As soon as they have completed their testimony, ‘the wild Beast that ascends from the bottomless pit will make war upon them and conquer’ and kill them. (Abyssos )
En als zij hun getuigenis zullen geëindigd hebben, dan zal het beest, dat uit den afgrond opkomt, met hen oorlog voeren, en hen overwinnen en hen dooden. (Abyssos )
Then the seventh angel blew; and loud voices were heard in Heaven saying — ‘The Kingdom of the World has become the Kingdom of our Lord and of his Christ, and he will reign for ever and ever.’ (aiōn )
En de zevende engel heeft getrompet; en er geschiedden groote stemmen in den hemel, zeggende: het koninkrijk der wereld is geworden van onzen Heere en van zijn Christus, en Hij zal heerschen tot in alle eeuwigheid! (aiōn )
Then I saw another angel, flying in mid-heaven. He had the Good News, decreed from eternity, to announce to those who dwell on the earth — to men of every nation, and tribe, and language, and people; (aiōnios )
En ik zag een anderen engel, vliegende door het midden des hemels, hebbende het eeuwig Evangelie, om te verkondigen onder degenen die op de aarde wonen, en onder alle natie, en stam, en taal, en volk, (aiōnios )
The smoke from their torture rises for ever and ever, and they have no rest day nor night — those who worship the Beast and its image, and all who are branded with its name.’ (aiōn )
En de rook hunner pijniging klimt op tot in alle eeuwigheid, en zij hebben geen rust dag en nacht die voor het beest en voor zijn beeld nederknielen, en als iemand het merkteeken zijns naams ontvangt! (aiōn )
One of the four Creatures gave the seven angels seven golden bowls, filled with the Wrath of God who lives for ever and ever. (aiōn )
En een uit de vier levende wezens gaf aan de zeven engelen zeven schalen van goud, gevuld met de gramschap Gods, die leeft tot in alle eeuwigheid. (aiōn )
The Beast that you saw was, but is not, and is about to rise out of the bottomless pit, and is on its way to destruction. Those who are living on earth will be amazed — those whose names have not been written in the Book of Life from the foundation of the world — when they see that the Beast was, but is not, and yet will come.’ (Abyssos )
Het beest, dat gij gezien hebt, was en is niet; en het zal opkomen uit den afgrond en ten verderve gaan, en degenen die op de aarde wonen, wier namen niet geschreven zijn op het boek des levens van de grondlegging der wereld, — die zullen verwonderd staan, als zij het beest zien, hoe het was en niet is en zal zijn. (Abyssos )
Again they cried — ‘Hallelujah!’ And the smoke from her ruins rises for ever and ever. (aiōn )
En voor de tweede maal zeiden zij: Hallelujah! En haar rook gaat op tot in alle eeuwigheid. (aiōn )
The Beast was captured, and with him was taken the false Prophet, who performed the marvels before the eyes of the Beast, with which he deceived those who had received the brand of the Beast and those who worshiped his image. Alive, they were thrown, both of them, into the fiery lake ‘of burning sulphur.’ (Limnē Pyr )
En het beest werd gegrepen en daarmede de schijnprofeet, die de teekenen gedaan had voor zijn aangezicht, waardoor hij verleid had degenen die het merkteeken van het beest hadden ontvangen en die voor zijn beeld hadden geknield. Levende zijn die twee geworpen in den poel des vuurs, die van sulfer brandt. (Limnē Pyr )
Then I saw an angel coming down from Heaven, with the key of the bottomless pit and a great chain in his hand. (Abyssos )
En ik zag een engel afkomen uit den hemel, hebbende den sleutel des afgronds en een groote keten op zijn hand. (Abyssos )
He flung him into the bottomless pit and locked it, and set his seal upon it; that he should not deceive the nations any more, until the thousand years were ended. After that he must be let loose for a while. (Abyssos )
en wierp hem naar den afgrond en hij sloot dien toe en verzegelde dien over hem, opdat hij de volken niet meer zou verleiden, totdat de duizend jaar voleindigd zouden zijn. Daarna moet hij voor een korten tijd losgemaakt worden. (Abyssos )
and the Devil, their deceiver, was hurled into the lake of fire and sulphur, where the Beast and the false Prophet already were, and they will be tortured day and night for ever and ever. (aiōn , Limnē Pyr )
En de duivel die hen verleidde, werd geworpen in den poel des vuurs en des sulfers, waar het beest is en de schijnprofeet; en zij zullen gepijnigd worden dag en nacht tot in alle eeuwigheid. (aiōn , Limnē Pyr )
The sea gave up its dead, and Death and the Lord of the Place of Death gave up their dead; and they were judged, one by one, each according to his actions. (Hadēs )
En de zee gaf de dooden die in haar waren, en de dood en het doodenrijk gaven de dooden die in hen waren; en zij werden geoordeeld een ieder naar zijn werken. (Hadēs )
Then Death and the Lord of the Place of Death were hurled into the lake of fire. This is the Second Death — the lake of fire; (Hadēs , Limnē Pyr )
En de dood en het doodenrijk werden geworpen naar den poel des vuurs. Dit is de tweede dood, de poel des vuurs. (Hadēs , Limnē Pyr )
and all whose names ‘were not found written in the Book of Life’ were hurled into the lake of fire. (Limnē Pyr )
En als iemand niet gevonden werd in het boek des levens geschreven te zijn, dan werd hij geworpen naar den poel des vuurs. (Limnē Pyr )
But as for cowards, unbelievers, the degraded, murderers, the impure, sorcerers, idolaters, and all liars — their place will be in the burning lake of fire and sulphur. That is the Second Death.’ (Limnē Pyr )
Maar wat aangaat den vreesachtigen en ongeloovigen, en gruwelijken, en doodslagers, en hoereerders, en toovenaars, en afgodendienaars en al den leugenaars, — hun deel is in den poel die brandt van vuur en sulfer, dat is de tweede dood. (Limnē Pyr )
Night will cease to be. They have no need of the light of a lamp, nor have they the light of the sun; for the ‘Lord God will be their light, and they will reign for ever and ever.’ (aiōn )
En nacht zal er niet meer zijn en zij zullen geen fakkellicht of zonnelicht noodig hebben, want de Heere God zal over hen licht geven en zij zullen heerschen tot in alle eeuwigheid. (aiōn )