Psalms 61

1 God, listen to me, and answer my prayer [DOU]!

Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op de Neginoth. O God! hoor mijn geschrei, merk op mijn gebed.

2 While I am discouraged and far from my home, I am calling out to you. Lead me to [the place that is like] a high rock [MET] on top of which I will be safe.

Van het einde des lands roep ik tot U als mijn hart overstelpt is; leid mij op een rotssteen, die mij te hoog zou zijn.

3 You have been my refuge; you have been [like] a strong tower [MET] [in which I am safe] from being attacked by my enemies.

Want Gij zijt mij een Toevlucht geweest, een sterke Toren voor den vijand.

4 Allow me to live close to your temple all during my life [HYP]! Allow me to be safe [MET], [like a little bird is safe] under [its mother’s] wings.

Ik zal in Uw hut verkeren in eeuwigheden; ik zal mijn toevlucht nemen in het verborgene Uwer vleugelen. (Sela)

5 God, you heard me when I solemnly promised [to give offerings to you]; you have given to me the blessings that belong to those who have an awesome respect for you [MTY].

Want Gij, o God! hebt gehoord naar mijn geloften; Gij hebt mij gegeven de erfenis dergenen, die Uw Naam vrezen.

6 [I am] the king [of Israel]; [please] allow me to live [and rule] for many years, and allow my descendants to rule [also].

Gij zult dagen tot des konings dagen toedoen; zijn jaren zullen zijn als van geslacht tot geslacht;

7 Allow us to rule forever while you observe us; watch over us while you faithfully love us and do for us what you promised.

Hij zal eeuwiglijk voor Gods aangezicht zitten; bereid goedertierenheid en waarheid, dat zij hem behoeden.

8 If you do that, I will always sing to praise you [MTY] while I offer to you each day the sacrifices that I promised to give to you.

Zo zal ik Uw Naam psalmzingen in eeuwigheid; opdat ik mijn geloften betale, dag bij dag.