Psalms 30
1 melody song dedication [the] house: home to/for David to exalt you LORD for to draw (up/out) me and not to rejoice enemy my to/for me
Een psalm. Een lied der tempelwijding. Van David. Ik wil U prijzen, o Jahweh; want Gij trokt mij omhoog, Opdat mijn vijanden niet over mij juichen.
2 LORD God my to cry to(wards) you and to heal me
Ik riep tot U: "O Jahweh, mijn God!" En Gij hebt mij genezen, o Jahweh!
3 LORD to ascend: establish from hell: Sheol soul my to live me (from to go down I *Q(K)*) pit (Sheol h7585)
Gij trokt mij uit het dodenrijk op, Ten leven uit het midden van die in het graf zijn gezonken. (Sheol h7585)
4 to sing to/for LORD pious his and to give thanks to/for memorial holiness his
Jahweh’s vromen, zingt Hem een lied, En verheerlijkt zijn heilige Naam:
5 for moment in/on/with face: anger his life in/on/with acceptance his in/on/with evening to lodge weeping and to/for morning cry
Want zijn toorn duurt maar een ogenblik, Zijn goedheid levenslang; ‘s Avonds komt er geween, Maar ‘s morgens is er weer vreugd.
6 and I to say in/on/with prosperity my not to shake to/for forever: any time
In zelfgenoegzaamheid had ik gezegd: "Nooit zal ik wankelen!"
7 LORD in/on/with acceptance your to stand: stand to/for mountain my strength to hide face your to be to dismay
Neen, Jahweh, door uw goedheid alleen Hadt Gij kracht verleend aan mijn geest; Maar nauwelijks hadt Gij uw aanschijn verborgen, Of plotseling zonk ik ineen!
8 to(wards) you LORD to call: call to and to(wards) Lord be gracious
Jahweh, toen riep ik U aan, En ik bad tot mijn Heer:
9 what? unjust-gain in/on/with blood my in/on/with to go down I to(wards) Pit: hell to give thanks you dust to tell truth: faithful your (questioned)
"Wat kan mijn verstomming U baten, En dat ik zink in het graf; Kan het stof U soms loven, En uw trouw nog verkonden?"
10 to hear: hear LORD and be gracious me LORD to be to help to/for me
En Jahweh heeft het gehoord, en Zich mijner ontfermd; Jahweh heeft mij geholpen.
11 to overturn mourning my to/for dance to/for me to open sackcloth my and to gird me joy
Gij hebt mijn gejammer in een reidans veranderd, Mijn rouwkleed verscheurd, met vreugd mij omgord:
12 because to sing you glory and not to silence: silent LORD God my to/for forever: enduring to give thanks you
Opdat mijn geest U zou prijzen, en nooit meer zou zwijgen, U eeuwig zou loven, o Jahweh, mijn God!
