Aionian Verses
Genesis 37:35
(parallel missing)
Al zijn zonen en dochters kwamen hem troosten; maar hij wilde geen troost. Want hij sprak: Treurend daal ik naar mijn zoon in het dodenrijk af. Zo bleef zijn vader om hem wenen. (Sheol )
Genesis 42:38
(parallel missing)
Maar hij antwoordde: Mijn zoon gaat niet met u mee; want zijn broer is dood, en hij alleen is nog over. Overkomt hem een ongeluk op de reis, die ge onderneemt, dan zoudt ge mijn grijze haren met kommer ten grave doen dalen. (Sheol )
Genesis 44:29
(parallel missing)
Als ge nu ook dezen van mij wegneemt, en hem een ongeluk overkomt, dan zoudt ge mijn grijze haren met kommer ten grave doen dalen". (Sheol )
Genesis 44:31
(parallel missing)
dan zal hij sterven, als hij ziet, dat de jongen er niet is, en uw dienaars zullen de grijze haren van onzen vader, uw dienaar, met kommer ten grave doen dalen. (Sheol )
Numbers 16:30 (Numeri 16:30)
(parallel missing)
Maar zo Jahweh iets ongehoords wrocht, zo de grond zijn muil openspert en hen met al het hunne verslindt, zodat ze levend in het dodenrijk dalen, dan zult ge erkennen, dat die mannen Jahweh hebben gehoond. (Sheol )
Numbers 16:33 (Numeri 16:33)
(parallel missing)
Met al de hunnen, daalden ze levend in het dodenrijk af; de aarde bedekte hen, en ze werden verdelgd uit de gemeente. (Sheol )
Deuteronomy 32:22 (Deuteronomium 32:22)
(parallel missing)
Want een vuur is ontvlamd in mijn woede, Dat tot het diepst van het dodenrijk brandt! Het zal de aarde met haar gewassen verteren, De grondvesten der bergen verzengen. (Sheol )
1 Samuel 2:6 (1 Samuël 2:6)
(parallel missing)
Jahweh doet sterven en laat leven, Stuurt naar de onderwereld en haalt er uit op; (Sheol )
2 Samuel 22:6 (2 Samuël 22:6)
(parallel missing)
De strikken van het dodenrijk hielden mij vast, De klemmen van de dood lagen voor mij gereed: (Sheol )
1 Kings 2:6 (1 Koningen 2:6)
(parallel missing)
Handel naar uw wijsheid en laat zijn grijze haren niet in vrede ten grave dalen. (Sheol )
1 Kings 2:9 (1 Koningen 2:9)
(parallel missing)
maar gij moogt hem niet onbestraft laten. Want ge zijt een wijs man en zult dus wel weten, wat u te doen staat, om zijn grijze haren bebloed naar het dodenrijk te zenden. (Sheol )
Job 7:9
(parallel missing)
Zoals een wolk vervliegt en verdwijnt, Zo stijgt, die in het dodenrijk daalt, er niet meer uit op; (Sheol )
Job 11:8
(parallel missing)
Zij is hoger nog dan de hemelen: Wat kunt ge beginnen; Dieper nog dan de onderwereld: Wat kunt ge begrijpen; (Sheol )
Job 14:13
(parallel missing)
Ach, als Gij mij in het dodenrijk mocht verschuilen, Mij verbergen, tot uw toorn is bedaard, Mij een tijdstip bepalen, en dan aan mij denken, (Sheol )
Job 17:13
(parallel missing)
Kan ik nog hopen? Het dodenrijk is mijn huis, In de duisternis heb ik mijn leger gespreid; (Sheol )
Job 17:16
(parallel missing)
Zullen ze met mij in het dodenrijk dalen, Zinken wij samen neer in het stof? (Sheol )
Job 21:13
(parallel missing)
Ze slijten hun dagen in weelde, En dalen in vrede ten grave. (Sheol )
Job 24:19
(parallel missing)
Zoals droogte en hitte het sneeuwwater slurpen, Zo slurpt de onderwereld den zondaar op. (Sheol )
Job 26:6
(parallel missing)
Het dodenrijk ligt naakt voor zijn oog, De onderwereld zonder bedekking. (Sheol )
Psalms 6:5 (Psalmen 6:5)
(parallel missing)
Want in de dood denkt niemand aan U; Wie prijst U nog in het dodenrijk? (Sheol )
Psalms 9:17 (Psalmen 9:17)
(parallel missing)
Zó mogen ook de zondaars naar het dodenrijk varen, Alle heidenen, die God niet gedenken; (Sheol )
Psalms 16:10 (Psalmen 16:10)
(parallel missing)
Want Gij geeft mij niet prijs aan het dodenrijk. Gij laat uw vrome het graf niet aanschouwen, (Sheol )
Psalms 18:5 (Psalmen 18:5)
(parallel missing)
De strikken van het dodenrijk hielden mij vast, De klemmen van de dood lagen voor mij gereed: (Sheol )
Psalms 30:3 (Psalmen 30:3)
(parallel missing)
Gij trokt mij uit het dodenrijk op, Ten leven uit het midden van die in het graf zijn gezonken. (Sheol )
Psalms 31:17 (Psalmen 31:17)
(parallel missing)
Jahweh, laat mij toch niet beschaamd komen staan: Want U roep ik aan. Neen, laat de bozen worden beschaamd en in het dodenrijk varen; (Sheol )
Psalms 49:14 (Psalmen 49:14)
(parallel missing)
Als schapen worden ze het graf ingejaagd, Het is de dood, die ze weidt; Regelrecht zinken ze neer in de kuil, En hun gestalte gaat over tot de ontbinding van de dood. (Sheol )
Psalms 49:15 (Psalmen 49:15)
(parallel missing)
Neen, God alleen kan de prijs voor mijn leven betalen. Hij alleen mij uit de macht van het dodenrijk redden! (Sheol )
Psalms 55:15 (Psalmen 55:15)
(parallel missing)
Moge de dood ze verrassen, Zodat ze levend in het dodenrijk dalen! Want boosheid heerst in hun woning, En slechtheid in hun gemoed. (Sheol )
Psalms 86:13 (Psalmen 86:13)
(parallel missing)
Want dan toont Gij mij uw grote ontferming, En redt Gij mij uit het diepst van de afgrond! (Sheol )
Psalms 88:3 (Psalmen 88:3)
(parallel missing)
Want mijn ziel is zat van ellende, Mijn leven het rijk der doden nabij; (Sheol )
Psalms 89:48 (Psalmen 89:48)
(parallel missing)
Waar leeft de man, die de dood niet zal zien, Zijn leven kan redden uit de klauw van het graf? (Sheol )
Psalms 116:3 (Psalmen 116:3)
(parallel missing)
En de strikken des doods mij omknelden; Toen doodsangst mij kwelde, Nood en jammer mij troffen. (Sheol )
Psalms 139:8 (Psalmen 139:8)
(parallel missing)
Stijg ik ten hemel: Gij zijt er; Daal ik in het dodenrijk af: Gij zijt er! (Sheol )
Psalms 141:7 (Psalmen 141:7)
(parallel missing)
Als barsten en scheuren in de akker Liggen mijn beenderen verstrooid aan de rand van het graf: (Sheol )
Proverbs 1:12 (Spreuken 1:12)
(parallel missing)
Gelijk de onderwereld hen levend verslinden, Als zij, die ten grave dalen, geheel en al; (Sheol )
Proverbs 5:5 (Spreuken 5:5)
(parallel missing)
Haar voeten dalen af naar de dood, Tot de onderwereld leiden haar schreden; (Sheol )
Proverbs 7:27 (Spreuken 7:27)
(parallel missing)
Een weg naar de onderwereld is haar huis, Vandaar daalt men af naar het dodenrijk. (Sheol )
Proverbs 9:18 (Spreuken 9:18)
(parallel missing)
Maar men vermoedt niet, dat de schimmen daar wonen, Dat haar gasten diep in het dodenrijk komen! (Sheol )
Proverbs 15:11 (Spreuken 15:11)
(parallel missing)
Onderwereld en dodenrijk liggen open voor Jahweh, Hoeveel te meer de harten van de kinderen der mensen! (Sheol )
Proverbs 15:24 (Spreuken 15:24)
(parallel missing)
De wijze gaat de weg des levens omhoog, Hij wil het dodenrijk beneden ontwijken. (Sheol )
Proverbs 23:14 (Spreuken 23:14)
(parallel missing)
Want als ge hem met een stok hebt geslagen, Hebt ge hem van de onderwereld gered. (Sheol )
Proverbs 27:20 (Spreuken 27:20)
(parallel missing)
Dodenrijk en onderwereld krijgen nooit genoeg; De ogen der mensen zijn nimmer bevredigd. (Sheol )
Proverbs 30:16 (Spreuken 30:16)
(parallel missing)
De onderwereld, De onvruchtbare moederschoot, Het land, dat water te kort komt, Het vuur, dat nooit "genoeg" zegt. (Sheol )
Ecclesiastes 9:10 (Prediker 9:10)
(parallel missing)
Doe al wat uw hand in staat is te doen; Want geen werken of peinzen, Geen kennis of wijsheid is er meer In de onderwereld, waarheen ge gaat. Zevende reeks. Ijdel is het talent. (Sheol )
Song of Solomon 8:6 (Hooglied 8:6)
(parallel missing)
Leg mij op uw hart als een zegel, Om uw arm als een band: Want sterk als de dood is de liefde! Onverbiddelijk als het graf is haar gloed, Zij laait op als het flitsende vuur, Haar vlammen zijn vlammen van Jahweh! (Sheol )
Isaiah 5:14 (Jesaja 5:14)
(parallel missing)
Daarom is het dodenrijk dubbel gulzig geworden, En spert het wagenwijd zijn kaken op. Zo gaat de glorie van Sion ten onder, Zijn joelen, zijn juichen, zijn jubel; (Sheol )
Isaiah 7:11 (Jesaja 7:11)
(parallel missing)
Vraag een teken van Jahweh, uw God: diep in het dodenrijk, of hoog aan de hemel. (Sheol )
Isaiah 14:9 (Jesaja 14:9)
(parallel missing)
Het dodenrijk in de diepte is in beroering gekomen, En snelt ù tegemoet; Het heeft om u de schimmen gewekt, Alle heersers der aarde; Van hun tronen gehaald Alle vorsten der volken. (Sheol )
Isaiah 14:11 (Jesaja 14:11)
(parallel missing)
Uw glorie is in het graf gesmeten, Met het geruis van uw citers; De wormen spreiden uw bed, De maden worden uw dek. (Sheol )
Isaiah 14:15 (Jesaja 14:15)
(parallel missing)
Ha! in de onderwereld zinkt gij neer. Diep in de grond! (Sheol )
Isaiah 28:15 (Jesaja 28:15)
(parallel missing)
Gij zegt: We hebben een verbond met de dood gesloten, Met het dodenrijk een verdrag aangegaan. Als de storm zich ontketent, zal hij ons niet bereiken, Want we hebben ons de leugen tot toevlucht gemaakt, En verschuilen ons in het bedrog. (Sheol )
Isaiah 28:18 (Jesaja 28:18)
(parallel missing)
Uw verbond met de dood zal worden verbroken, Uw verdrag met het dodenrijk geen stand kunnen houden. De storm zal worden ontketend, En wanneer hij over u heen zal loeien, Zult ge door hem worden plat geslagen! (Sheol )
Isaiah 38:10 (Jesaja 38:10)
(parallel missing)
Ik had al gezegd: In de bloei van mijn leven ga ik heen, Binnen de poorten van het rijk der doden ontboden Voor de rest van mijn jaren. (Sheol )
Isaiah 38:18 (Jesaja 38:18)
(parallel missing)
Want het dodenrijk zal U niet prijzen, De dood U niet roemen; Die in het graf is gedaald Op uw trouw niet meer hopen! (Sheol )
Isaiah 57:9 (Jesaja 57:9)
(parallel missing)
Gij zalft u met olie voor Molok, Met alle soorten van balsem; En zendt uw boden naar verre gewesten, Naar de diepten zelfs van het dodenrijk. (Sheol )
Ezekiel 31:15 (Ezechiël 31:15)
(parallel missing)
Dit zegt Jahweh, de Heer: Op de dag dat hij naar de onderwereld afdaalde, Liet Ik de oceaan in rouwkleed om hem treuren, Heb Ik zijn oevers verstopt, En het overvloedige water hield op. Ik hulde om hem de Libanon in rouw, En alle bomen van het veld verlepten; (Sheol )
Ezekiel 31:16 (Ezechiël 31:16)
(parallel missing)
Door de dreun van zijn val heb Ik volken verschrikt, Toen Ik hem de diepte instiet, bij hen die in het graf zijn gedaald. Nu troosten zich in de diepte der aarde Alle bomen van Eden, Het puik en de keur van de Libanon, Alles wat water opzuigt. (Sheol )
Ezekiel 31:17 (Ezechiël 31:17)
(parallel missing)
Ook zij moesten met hem mee, het dodenrijk in, Naar hen, die door het zwaard zijn getroffen: Naar zijn bondgenoten, die in zijn schaduw zaten Te midden der volken. (Sheol )
Ezekiel 32:21 (Ezechiël 32:21)
(parallel missing)
Dan zullen de aanvoerders der helden onder in het dodenrijk tot hen zeggen: En met zijn bondgenoten zal het naar beneden komen, en plaats nemen bij de onbesnedenen, bij hen die aan het zwaard zijn geregen. (Sheol )
Ezekiel 32:27 (Ezechiël 32:27)
(parallel missing)
Maar ze liggen niet bij de helden, die in oude tijden gevallen zijn, die naar het dodenrijk zijn afgedaald met hun wapenrusting, wier zwaarden men onder hun hoofd, wier schilden men op hun gebeente gelegd heeft; want men heeft die helden gevreesd in het land der levenden. (Sheol )
Hosea 13:14
(parallel missing)
Zou Ik hem bevrijden uit de klauw van het graf, Van de dood hem verlossen? Dood, waar blijft toch uw pest, Graf, waar blijft uw verrotting? Neen, de ontferming is aan mijn ogen onttrokken: (Sheol )
Amos 9:2
(parallel missing)
Al dringen ze door in het dodenrijk, Mijn hand haalt ze terug; Al stijgen ze op naar de hemel, Ik smijt ze omlaag; (Sheol )
Jonah 2:2 (Jona 2:2)
(parallel missing)
Hij sprak: In mijn angst riep ik tot Jahweh, En Hij heeft mij verhoord; Uit de schoot der onderwereld riep ik om hulp, En Gij hebt naar mijn smeken geluisterd. (Sheol )
Habakkuk 2:5 (Habakuk 2:5)
(parallel missing)
Wee des te meer den vermetelen rover, Den overmoedigen, rustelozen mens, Gulzig als de onderwereld, Onverzadelijk als de dood! Die alle naties naar zich toetrekt, Alle volken tot zich haalt: (Sheol )
But I say to you that whoever gets angry with his brother without cause will be liable to the judgment. And whoever says to his brother, ‘Numbskull!’ will be liable to the council. But whoever says, ‘You absolute idiot!’ will be liable to hell fire. (Geenna )
Maar Ik zeg u: Wie vertoornd is op zijn broeder, zal schuldig zijn voor het gerecht. Wie tot zijn broeder zegt: Raka, zal schuldig zijn voor de Hoge Raad. En wie zegt: Dwaas, zal strafbaar zijn met het helse vuur. (Geenna )
So if your right eye is causing you to fall, tear it out and throw it away; because it is better for you that one of your members perish than that your whole body be thrown into hell. (Geenna )
Als uw rechteroog u ergert, ruk het dan uit en werp het van u weg; want beter is het voor u, dat één uwer ledematen verloren gaat, dan dat heel uw lichaam in de hel wordt geworpen. (Geenna )
And if your right hand is causing you to fall, cut it off and throw it away; because it is better for you that one of your members perish than that your whole body be thrown into hell. (Geenna )
En zo uw rechterhand u ergert, houw ze af, en werp ze van u weg; want beter is het voor u, dat één uwer ledematen verloren gaat, dan dat heel uw lichaam in de hel wordt geworpen. (Geenna )
And do not be afraid of those who kill the body but cannot kill the soul. But rather fear the One who is able to destroy both soul and body in Hell. (Geenna )
Weest niet bevreesd voor hen, die wel het lichaam doden, doch de ziel niet kunnen doden; vreest liever Hem, die èn ziel èn lichaam in de hel kan verderven. (Geenna )
And you, Capernaum, ‘the one having been exalted to heaven’, you will be brought down to Hades! Because if the mighty works that were done in you had been done in Sodom, it would have remained until this day. (Hadēs )
En gij Kafárnaum, zult ge tot de hemel toe worden verheven? Tot in de hel zult ge zinken; want zo in Sódoma de wonderen waren gebeurd, die in u zijn geschied, het zou zijn blijven bestaan tot op de huidige dag. (Hadēs )
And whoever speaks a word against the Son of the Man, it will be forgiven him; but whoever speaks against the Holy Spirit, it will not be forgiven him, neither in the present age nor in the next. (aiōn )
En wie iets zegt tegen den Mensenzoon, hem zal het worden vergeven; maar wie iets zegt tegen den Heiligen Geest, hem zal het niet vergeven worden, noch in deze wereld noch in de toekomstige. (aiōn )
But the seed sown among the thorns—this is he who hears the word, but the care of this age and the deceitfulness of riches choke out the word, and it becomes fruitless. (aiōn )
Wat in de doornen gezaaid werd, is hij, die wel luistert naar het woord; maar de beslommering van de wereld en het bedriegelijke van de rijkdom verstikken het woord. en het blijft zonder vrucht. (aiōn )
The enemy who sowed them is the devil; the harvest is the end of the age, and the reapers are angels. (aiōn )
de vijand, die het zaaide, is de duivel; de oogst is het einde der wereld; de maaiers zijn de engelen. (aiōn )
Therefore just as the tares are gathered and burned with fire, so it will be at the end of this age. (aiōn )
Zoals dus het onkruid verzameld en in het vuur wordt verbrand, zo zal het ook geschieden aan het einde der wereld. (aiōn )
So it will be at the end of the age. The angels will come forth and will separate the malignant out from among the righteous, (aiōn )
Zo zal het ook gaan aan het einde der wereld. De engelen zullen uitgaan, en de bozen van de rechtvaardigen scheiden. (aiōn )
And I further say to you that you are a stone, but on this bedrock I will build my church, and the gates of Hades will not withstand her. (Hadēs )
En Ik, Ik zeg u: gij zijt Petrus; en op deze steenrots zal Ik mijn Kerk bouwen, en de poorten der hel zullen haar niet overweldigen. (Hadēs )
“If your hand or your foot is causing you to fall, cut them off and throw them away! It is better for you to enter into the life lame or maimed than to be thrown into the everlasting fire, having two hands or two feet. (aiōnios )
Welnu, zo uw hand of voet u ergert, houw ze af, en werp ze van u weg; want het is beter voor u, verminkt of kreupel het Leven binnen te gaan, dan met twee handen of twee voeten geworpen te worden in het eeuwige vuur. (aiōnios )
And if your eye is causing you to fall, tear it out and throw it away! It is better for you to enter into the life one eyed than to be thrown into the fiery Hell, having two eyes. (Geenna )
En zo uw oog u ergert, ruk het uit, en werp het weg; want het is beter voor u, met één oog het Leven binnen te gaan, dan met twee ogen geworpen te worden in het helse vuur. (Geenna )
And then, a certain one came and said to Him, “Good teacher, what good thing must I do so that I may have eternal life?” (aiōnios )
En zie, daar trad iemand op Hem toe, die tot Hem sprak: Goede Meester, wat goeds moet ik doen om het eeuwige leven te verkrijgen? (aiōnios )
And, everyone who left houses or brothers or sisters or father or mother or wife or children or fields for my name's sake will receive a hundredfold, and will inherit life eternal. (aiōnios )
En al wie zijn huis, broers of zusters, vader of moeder, vrouw of kinderen of akkers verlaat om mijn Naam, hij zal het honderdvoud ontvangen, en het eeuwige leven verwerven. (aiōnios )
And seeing a lone fig tree by the road, He went up to it and found nothing on it, just leaves. And He says to it, “May you never again produce fruit!” And forthwith the fig tree started to wither. (aiōn )
Hij zag een vijgeboom langs de weg, en ging er heen; maar hij vond er niets dan bladeren aan. Hij sprak: Nooit in der eeuwigheid komen er nog vruchten aan u. Terstond verdorde de vijgeboom. (aiōn )
Woe to you scribes and Pharisees, hypocrites!! Because you travel all over, land and sea, to make one convert, and when he joins up you make him twice as much a son of Hell as yourselves. (Geenna )
Wee u, schriftgeleerden en farizeën; gij huichelaars, die land en zee doorkruist, om één enkelen bekeerling te maken; maar als hij het geworden is, maakt gij hem tot een kind der hel, tweemaal erger dan gijzelf. (Geenna )
“Snakes! Brood of vipers! How can you escape from the condemnation of Hell? (Geenna )
Slangen, adderenbroed, hoe zult gij de helse verdoemenis ontkomen? (Geenna )
Now as He was sitting on the Mount of Olives, the disciples came to Him privately saying: “Tell us, when will these things be? And what will be the sign of Your coming and of the completion of the age?” (aiōn )
Terwijl Hij neerzat op de Olijfberg, kwamen de leerlingen alleen naar Hem toe, en zeiden: Zeg ons, wanneer dit gebeuren zal, en wat het teken zal zijn van uw komst en van het einde der wereld? (aiōn )
“Then He will also say to those on His left: ‘Go away from me, you accursed ones, into the eternal fire that was prepared for the devil and his angels. (aiōnios )
Maar dan zal Hij zeggen tot hen, die aan de linkerhand staan: Gaat weg van Mij, vervloekten, in het eeuwige vuur, dat bereid is voor den duivel en zijn engelen. (aiōnios )
And they will go away into everlasting punishment, but the righteous into eternal life.” (aiōnios )
Dan zullen zij gaan in de eeuwige straf, maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven. (aiōnios )
teaching them to obey everything that I commanded you; and take note, I am with you every day, until the end of the age!” Amen. (aiōn )
en leert ze onderhouden al wat Ik u heb geboden. Ziet, Ik blijf altijd bij u, tot aan het einde der wereld. (aiōn )
but whoever blasphemes against the Holy Spirit never has forgiveness, but is subject to eternal condemnation” (aiōn , aiōnios )
Maar wie lastert tegen den Heiligen Geest, krijgt in eeuwigheid geen vergiffenis, maar hij is schuldig aan een eeuwige zonde. (aiōn , aiōnios )
but the worries of this age, the deceitfulness of wealth, and the undue desires for other things come in and smother the Word, and it becomes unfruitful. (aiōn )
maar de beslommering van de wereld, de verleiding van de rijkdom en de begeerten naar andere dingen vallen er tussen, en verstikken het woord: het blijft zonder vrucht. (aiōn )
Further, if your hand is causing you to fall, cut it off; it is better for you to enter into the Life maimed than having both hands to go away into Gehenna, into the unquenchable fire— (Geenna )
Zo uw hand u ergert, houw ze af. Het is beter, verminkt het Leven binnen te gaan, dan met twee handen naar de hel te gaan, naar het onuitblusbaar vuur, (Geenna )
And if your foot is causing you to fall, cut it off; it is better for you to enter into the Life lame than having both feet to be thrown into Gehenna, into the unquenchable fire— (Geenna )
En zo uw voet u ergert, houw hem af. Het is beter, kreupel het Leven binnen te gaan, dan met beide voeten in de hel te worden geworpen, in het onuitblusbaar vuur, (Geenna )
And if your eye is causing you to fall, pluck it out; it is better for you to enter into the Kingdom of God with one eye than having both eyes to be thrown into the Gehenna of fire— (Geenna )
En zo uw oog u ergert, ruk het uit. Het is beter met één enkel oog het koninkrijk Gods binnen te gaan, dan met twee ogen in de hel te worden geworpen, (Geenna )
As Jesus set out on the road, someone came running up, knelt before Him and asked Him, “Good Teacher, what must I do that I may inherit eternal life?” (aiōnios )
En toen Hij Zich op weg begaf, kwam iemand toegelopen, knielde voor Hem neer, en vroeg Hem: Goede Meester, wat moet ik doen, om het eeuwige leven te verkrijgen? (aiōnios )
who will not receive a hundred times more, now in this time—houses and brothers and sisters and father and mother and children and fields (with persecutions)—and in the age to come, eternal life. (aiōn , aiōnios )
of hij zal ontvangen: nu in deze wereld, zij het ook te midden van vervolgingen, het honderdvoud van huizen, broers, zusters, moeders, kinderen en akkers; en in de toekomstige wereld het eeuwige leven. (aiōn , aiōnios )
So Jesus reacted by saying to it, “Let no one ever eat fruit from you again!” And His disciples were listening. (aiōn )
En Hij sprak tot hem: Nooit in der eeuwigheid eet iemand nog vruchten van u! Zijn leerlingen hoorden het. (aiōn )
and He will reign over the house of Jacob into the ages; indeed, of His kingdom there will be no end!” (aiōn )
Hij zal koning zijn over het huis van Jakob in eeuwigheid, en aan zijn koningschap zal geen einde komen. (aiōn )
just as He spoke to our fathers, to Abraham and to his seed while there is an age.” (aiōn )
Zoals Hij tot onze vaderen sprak: Aan Abraham en zijn zaad voor altijd. (aiōn )
—just as He spoke through the mouth of His holy prophets from antiquity— (aiōn )
Zoals Hij eeuwen geleden beloofd had Door de mond zijner heilige profeten: (aiōn )
And he kept imploring Him that He would not order them to go away into the Abyss. (Abyssos )
Ze verzochten Hem dringend, hun niet te gelasten, naar de afgrond te gaan. (Abyssos )
And you, Capernaum, who are ‘exalted to heaven’, will be brought down to Hades. (Hadēs )
En gij Kafárnaum, zult ge tot de hemel toe worden verheven? Tot in de hel zult ge neerzinken. — (Hadēs )
And then, a certain lawyer stood up to test Him, saying, “Teacher, what must I do to inherit eternal life?” (aiōnios )
En zie, een wetgeleerde stond op, om Hem op de proef te stellen, en sprak: Meester, wat moet ik doen, om het eeuwige leven te verkrijgen? (aiōnios )
Rather, I will advise you whom you should fear—fear Him who after He kills has authority to cast into Gehenna; yes indeed, fear Him! (Geenna )
Ik zal u tonen, wien gij moet vrezen: Vreest Hem, die, als Hij gedood heeft, de macht nog bezit, om in de hel te werpen. Ja, Ik zeg u: Vreest Hem! (Geenna )
The master even ‘commended’ the dishonest manager, because he had acted shrewdly. The sons of this age are shrewder in their own generation than the sons of the Light. (aiōn )
En de heer prees den onrechtvaardigen rentmeester, omdat hij met overleg had gehandeld. Waarachtig, de kinderen dezer wereld behartigen hun belangen met meer overleg dan de kinderen van het licht. (aiōn )
“I even say to you, make friends for yourselves by means of unrighteous mammon, so that whenever you fail, they may receive you into the eternal dwellings! (aiōnios )
Ik zeg u: Maakt u vrienden door de ongerechte mammon, opdat, wanneer hij u komt te ontvallen, zij u mogen opnemen in de eeuwige tenten. (aiōnios )
And in Hades he looked up and saw Abraham at a distance, and Lazarus very close to him. And being in torment, (Hadēs )
En terwijl hij in de hel werd gefolterd, sloeg hij zijn ogen op, en zag Abraham van verre, en Lázarus in zijn schoot. (Hadēs )
A certain ruler asked Him, saying, “Good teacher, what must I do to inherit eternal life?” (aiōnios )
Een heel voornaam man ondervroeg Hem, en sprak: Goede Meester, wat moet ik doen, om het eeuwige leven te verkrijgen? (aiōnios )
who will not receive many times more in this present time, and in the age to come eternal life.” (aiōn , aiōnios )
of hij zal veel meer terug ontvangen in deze tijd, en in de toekomstige wereld het eeuwige leven. (aiōn , aiōnios )
So in answer Jesus said to them: “The people of this age marry and are given in marriage; (aiōn )
Jesus sprak tot hen: De kinderen dezer wereld huwen en worden uitgehuwd. (aiōn )
but those who are considered worthy to attain to that age, to the resurrection from among the dead, neither marry nor are given in marriage. (aiōn )
Maar zij, die waardig worden bevonden, deel te hebben aan de andere wereld en aan de verrijzenis uit de doden, zullen huwen noch uitgehuwd worden. (aiōn )
so that everyone who believes into Him should not be wasted, but should have eternal life. (aiōnios )
opdat ieder die in Hem gelooft, het eeuwige leven zou hebben. (aiōnios )
Because God loved the world so much that He gave His only begotten Son, so that everyone who believes into Him should not be wasted, but should have eternal life. (aiōnios )
Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eengeboren Zoon heeft gegeven: opdat allen die in Hem geloven, niet verloren zouden gaan, maar het eeuwige leven zouden hebben. (aiōnios )
The one believing into the Son has eternal life, but the one disobeying the Son will not see the Life, but the wrath of God will remain upon him.” (aiōnios )
Wie in den Zoon gelooft, heeft het eeuwige leven; maar wie in den Zoon niet gelooft, zal het leven niet zien, maar Gods gramschap blijft op hem liggen. (aiōnios )
but whoever drinks of the water that I will give him will never ever thirst; rather, the water that I will give him will become in him a spring of water, welling up into eternal life.” (aiōn , aiōnios )
Maar wie drinkt van het water, dat Ik hem zal geven, zal in eeuwigheid geen dorst meer krijgen; integendeel, het water, dat Ik hem zal geven, zal een bron in hem worden van water, dat opborrelt ten eeuwigen leven. (aiōn , aiōnios )
Now he who reaps receives pay and gathers fruit into eternal life, so that both he who sows and he who reaps may rejoice together. (aiōnios )
Ook de maaier ontvangt loon, en verzamelt vrucht ten eeuwigen leven, opdat zaaier en maaier zich samen verheugen. (aiōnios )
“Most assuredly I say to you that the one listening to my word and believing on Him who sent me has eternal life; he will not go into judging but has moved out of the death into the Life. (aiōnios )
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie luistert naar mijn woord, en in Hem gelooft, die Mij heeft gezonden, hij heeft het eeuwige leven, en in het gericht komt hij niet; maar hij is overgegaan van de dood tot het leven. — (aiōnios )
You examine the Scriptures because in them you think you have eternal life, yet they are the very ones that testify about me. (aiōnios )
Gij onderzoekt de Schriften, want gij meent, daarin het eeuwige leven te hebben; welnu, zij zijn het, die van Mij getuigen. (aiōnios )
Do not work for the food that wastes away but for the food that endures into life eternal, which the Son of the Man will give you; because on Him God the Father has set His seal.” (aiōnios )
Arbeidt niet voor de spijs die vergaat, maar voor de spijs die blijft tot in het eeuwige leven, en die de Mensenzoon u zal geven. Want op Hem heeft God, heeft de Vader zijn zegel gedrukt. (aiōnios )
Again this is the will of Him who sent me, that everyone who ‘sees’ the Son and believes into Him may have eternal life, and I will raise him up at the last day.” (aiōnios )
Dit is de wil van den Vader, die Mij gezonden heeft, dat wie den Zoon aanschouwt en in Hem gelooft, het eeuwige leven heeft, en dat Ik hem op de jongste dag zal doen verrijzen. (aiōnios )
Most assuredly I say to you: the one believing into me has eternal life. (aiōnios )
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie gelooft, heeft het eeuwige leven. (aiōnios )
I am the living bread which came down out of Heaven. If anyone eats of this bread he will live forever. Actually, the bread that I will give is my flesh, which I will give on behalf of the life of the world.” (aiōn )
Ik ben het levend brood, dat uit de hemel is neergedaald; zo iemand eet van dit brood, zal hij in eeuwigheid leven. En het brood, dat Ik zal geven, is mijn vlees voor het leven der wereld. (aiōn )
Whoever chews my flesh and drinks my blood has eternal life, and I will raise him up at the last day. (aiōnios )
Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, heeft het eeuwige leven, en Ik zal hem op de jongste dag doen verrijzen. (aiōnios )
This is the bread that came down out of Heaven. Whoever feeds on this bread of mine will live forever (in contrast to your fathers who ate the manna and died).” (aiōn )
Dit is het brood, dat uit de hemel is neergedaald. Niet een brood als de vaders hebben gegeten en toch zijn gestorven; wie dit brood eet zal leven in eeuwigheid. (aiōn )
So Simon Peter answered Him: “Lord, to whom shall we go? You have the words of eternal life. (aiōnios )
Simon Petrus antwoordde Hem: Heer, naar wien zouden we gaan? Gij hebt woorden van eeuwig leven; (aiōnios )
Now the slave does not remain in the household forever; the son does remain forever. (aiōn )
De slaaf nu blijft niet altijd in huis; de zoon blijft er voor altijd. (aiōn )
Most assuredly I say to you, if anyone should keep my word he will never ever see death.” (aiōn )
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Zo iemand mijn woord onderhoudt, dan zal hij in eeuwigheid de dood niet zien. — (aiōn )
So the Jews said to Him: “Now we know that you have a demon! Abraham died and so did the prophets; yet you say, ‘If anyone should keep my word he will never ever taste death’! (aiōn )
De Joden zeiden Hem: Nu weten we, dat Gij bezeten zijt! Abraham en de profeten zijn gestorven; en Gij zegt: Zo iemand mijn woord onderhoudt, zal hij de dood niet sterven in eeuwigheid. (aiōn )
Since time began it was never heard that anyone opened the eyes of a person born blind. (aiōn )
Nooit in der eeuwigheid is het gehoord, dat iemand de ogen van een blindgeborene heeft geopend. (aiōn )
And I give them eternal life, and they will never ever be wasted; and no one will snatch them out of my hand. (aiōn , aiōnios )
En Ik geef hun het eeuwig leven; ze gaan in eeuwigheid niet verloren, en niemand rooft ze weg uit mijn hand. (aiōn , aiōnios )
and everyone who both lives and believes into me will never ever die. Do you believe this?” (aiōn )
en wie leeft en in Mij gelooft, zal niet sterven voor eeuwig. Gelooft ge dit? (aiōn )
The one ‘loving’ his life will waste it, and the one ‘hating’ his life, in this world, will preserve it into eternal life. (aiōnios )
Wie zijn leven liefheeft, zal het verliezen; maar wie in deze wereld zijn leven haat, zal het behouden ten eeuwigen leven. (aiōnios )
The people answered Him: “We have heard from the Law that the Messiah remains forever; and so how can you say, ‘The Son of the Man must be lifted up’? Who is this ‘the Son of the Man’?” (aiōn )
De menigte antwoordde Hem: We hebben uit de Wet vernomen, dat de Christus in eeuwigheid blijft; en hoe zegt Gij dan, dat de Mensenzoon omhoog geheven moet worden? Wie is die Mensenzoon? (aiōn )
And I know that His command is eternal life. So whatever I say, I say it just like the Father told me.” (aiōnios )
En Ik weet, dat zijn gebod het eeuwige leven is. Wat Ik dus spreek, spreek Ik zó, als de Vader het Mij heeft gezegd. (aiōnios )
Peter says to Him, “You will never ever wash my feet!” Jesus answered him, “If I do not wash you, you have no part with me.” (aiōn )
Petrus zeide Hem: Nooit in der eeuwigheid zult Gij me de voeten wassen. Jesus antwoordde hem: Zo Ik u niet was, hebt ge geen gemeenschap met Mij. (aiōn )
Also, I will ask the Father and He will give you another Enabler, so that He may stay with you throughout the age (aiōn )
Dan zal Ik den Vader bidden, en Hij zal u een anderen Helper geven, om bij u te blijven voor eeuwig. (aiōn )
just as You gave Him authority over all humanity, so that He will give eternal life to all those whom You have given Him. (aiōnios )
Want Gij hebt Hem macht gegeven over alle vlees, om het eeuwige leven te schenken aan allen, die Gij Hem gegeven hebt. (aiōnios )
Now eternal life is this: that they may know You, the only true God, and the One whom You sent—Jesus Christ. (aiōnios )
Dit nu is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den enig waarachtigen God, en Hem dien Gij gezonden hebt, Jesus Christus. (aiōnios )
because You will not abandon my soul in Hades, nor will You allow Your Holy One to see decay. (Hadēs )
Want Gij laat mijn ziel niet in het dodenrijk achter. Uw Heilige laat Gij het bederf niet aanschouwen, (Hadēs )
he foreseeing this spoke about the resurrection of the Messiah, that His soul was not abandoned in Hades, nor did His flesh see decay. (Hadēs )
En daar hij de toekomst voorzag, heeft hij over de verrijzenis van den Christus gezegd, dat Hij niet in het dodenrijk zou worden achtergelaten, en dat zijn vlees het bederf niet zou zien. (Hadēs )
whom Heaven must receive until the times of restoration of all things, of which times God spoke long ago by the mouth of all His holy prophets. (aiōn )
en die nu in de hemel moet blijven wonen tot aan de tijden van het herstel aller dingen, waarvan God van ouds heeft gesproken door de mond zijner heilige profeten. (aiōn )
But Paul and Barnabas speaking boldly said: “It was necessary that God's Word should be spoken to you first. But since you reject it, and judge yourselves unworthy of eternal life, now we are being turned to the Gentiles. (aiōnios )
Toen verklaarden Paulus en Bárnabas met grote beslistheid: Aan u moest het eerst Gods woord worden verkondigd; maar nu ge het verwerpt, en uzelf het eeuwige leven niet waardig oordeelt, zie. nu wenden we ons tot de heidenen. (aiōnios )
Now upon hearing this, the Gentiles rejoiced and glorified the Word of the Lord; and as many as had been appointed to eternal live believed. (aiōnios )
Toen de heidenen dit hoorden, verheugden ze zich, en prezen het woord des Heren; en allen die voorbeschikt waren ten eeuwigen leven, werden gelovig. (aiōnios )
All His works are known to God from eternity. (aiōn )
Die van eeuwigheid zijn bekend." (aiōn )
Because His invisible attributes, namely His eternal power and divine nature, are clearly seen from the creation of the world, being understood from what has been made, so that they are inexcusable; (aïdios )
Want zijn onzichtbaar Wezen, zijn eeuwige Macht en zijn Godheid zijn van de schepping der wereld af bij enig nadenken uit het geschapene duidelijk te kennen. Te verontschuldigen zijn ze dus niet. (aïdios )
—they had exchanged the truth of God for the lie, and worshiped and served the creature rather than the Creator, who is blessed forever. Amen. (aiōn )
Ze hebben de waarheid van God tegen de leugen geruild, en liever het schepsel geëerd en gediend dan den Schepper, die geprezen moet worden in eeuwigheid. Amen! (aiōn )
to those who seek for glory, honor and incorruption, by persevering in doing good—eternal life; (aiōnios )
Het eeuwig leven aan hen, die door volharding in het goede, naar glorie en eer en onsterflijkheid streven; (aiōnios )
so that just as sin reigned in the death, so also the grace might reign through righteousness into eternal life through Jesus Christ our Lord. (aiōnios )
Dus, zoals de zonde heeft geheerst door de dood, zo zal ook de genade heersen door de gerechtigheid ten eeuwigen leven door Jesus Christus onzen Heer. (aiōnios )
But now, having been emancipated from the sin, and having become enslaved to God, you have your ‘fruit’ into sanctification—and the end is eternal life! (aiōnios )
Maar nu gij vrij van de zonde en dienaars van God zijt geworden, plukt thans als vrucht: de heiliging; het einde ervan is het eeuwige leven. (aiōnios )
Because the wages of sin is death, but the gracious gift of God is eternal life in Christ Jesus our Lord. (aiōnios )
Want het loon der zonde is de dood; maar de genadegave van God is het eeuwige leven in Christus Jesus onzen Heer. (aiōnios )
The patriarchs are theirs, and from them came the Christ (the physical part), who is over all, God forever blessed. Amen. (aiōn )
tot hen behoren de Vaders, en van hen stamt Christus af naar het vlees: Hij die God is, boven alles gezegend in eeuwigheid. Amen! (aiōn )
“or, ‘Who will descend into the abyss?’” (that is, to bring Christ up from the dead). (Abyssos )
of wie zal naar de afgrond dalen, om Christus te doen opstijgen uit de doden." (Abyssos )
Yes, God has given everyone over to disobedience so that He might show mercy to all. (eleēsē )
Want God heeft allen onder ongehoorzaamheid gevangen gehouden, om aan allen zijn barmhartigheid te tonen. (eleēsē )
Because from Him and through Him and to Him are all things. To Him be the glory forever! Amen. (aiōn )
Immers, uit Hem en door Hem en voor Hem is alles! Hem zij de glorie in eeuwigheid. Amen! (aiōn )
Yes, stop conforming to the pattern of this world; rather, be transformed by the renewing of your mind so as to be able to experience the good and satisfying and perfect will of God. (aiōn )
Vormt u niet naar deze wereld, maar hervormt u door vernieuwing van inzicht, opdat gij onderscheiden moogt, wat de wil is van God, wat goed is, welbehagelijk en volmaakt. (aiōn )
Now to Him who has power to establish you according to my Gospel and the proclamation of Jesus Christ, according to the revelation of the mystery kept secret through long ages, (aiōnios )
Aan Hem, die bij machte is, u vast te doen staan in overeenstemming met mijn Evangelie en de verkondiging van Jesus Christus, -in overeenstemming ook met het heilsgeheim, dat van eeuwigheid was verzwegen, (aiōnios )
but now revealed and made known through the prophetic Scriptures, according to the command of the eternal God, with a view to obedience of faith among all ethnic nations (aiōnios )
maar dat thans is geopenbaard, en op bevel van den eeuwigen God door de profetische schriften aan alle heidenen bekend is gemaakt, om hen tot de gehoorzaamheid aan het geloof te brengen: (aiōnios )
—to the only wise God, through Jesus Christ—to Him be the glory forever! Amen. (aiōn )
aan Hem, den enig wijzen God, zij door Jesus Christus de glorie in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
Where is the wise one? Where is the scholar? Where is the debater of this age? Has not God made foolish the wisdom of this world? (aiōn )
Waar is de wijze? Waar de schriftgeleerde? Waar de redetwister dezer wereld? Heeft God de wijsheid dezer wereld niet dwaas gemaakt? (aiōn )
However, we do speak wisdom among the mature, albeit not the wisdom of this age, nor of the rulers of this age, who are being set aside; (aiōn )
Toch preken we wijsheid onder de volmaakten; maar geen wijsheid dezer wereld, noch der machten dezer wereld, die vernietigd zullen worden. (aiōn )
but we speak God's wisdom in a mystery, the hidden wisdom that God ordained before the ages for our glory, (aiōn )
Ja, we verkondigen een Wijsheid Gods, een geheimnisvolle, een verborgene, welke God vóór de tijden heeft voorbestemd tot onze glorie, (aiōn )
that none of the rulers of this age have understood (because if they had understood, they would not have crucified the Lord of the glory). (aiōn )
die geen der machten dezer wereld heeft gekend, —want zo ze haar gekend hadden, zouden ze den Heer der glorie niet hebben gekruisigd, (aiōn )
Let no one deceive himself. If anyone among you seems to be wise in this age, let him become ‘foolish’ so that he may become wise. (aiōn )
Niemand bedriege zichzelf Zo iemand wijs onder u meent te zijn, hij moet dwaas naar deze wereld worden, om wijs te zijn. (aiōn )
So then, if food causes my brother to fall, I will never eat meat again, lest I cause my brother to fall. (aiōn )
Daarom, zo het eten ergernis geeft aan mijn broeder, dan zal ik in eeuwigheid geen vlees meer eten, om mijn broeder niet te ergeren. (aiōn )
Now all these things happened to them as examples and were written for our admonition, upon whom the ends of the ages have come. (aiōn )
Dit alles nu overkwam hun als een voorafbeelding voor ons, en het werd opgeschreven tot waarschuwing voor ons, die het einde der tijden beleven. (aiōn )
“Where, O Death, is your sting? Where, O Hades, is your victory?” (Hadēs )
Dood, waar is uw overwinning? Dood, waar is uw prikkel? (Hadēs )
among whom the god of this age has blinded the minds of the unbelieving, so that the light of the Gospel of the glory of Christ, who is the image of God, should not dawn on them. (aiōn )
en wier ongelovig verstand de god dezer wereld heeft verblind, zodat ze de uitstraling niet zien van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld is van God. (aiōn )
because our light, momentary affliction is working out for us an eternal and limitless measure of glory, (aiōnios )
Want de tijdelijke lichte verdrukking verwerft ons een onovertroffen eeuwig gewicht van heerlijkheid. (aiōnios )
as we do not focus on the seen, but on the not seen; for what is seen is transitory, but what is unseen is eternal. (aiōnios )
En zó geven we geen acht op het zichtbare, maar op het onzichtbare; het zichtbare toch is tijdelijk, het onzichtbare eeuwig. (aiōnios )
Now then, we know that though our earthly, tent-like ‘house’ may be destroyed, we have a building from God (not a handmade house), eternal in the heavens. (aiōnios )
Ja, we weten, dat wanneer onze aardse woontent is neergehaald, we een woonplaats ontvangen van God; een woonplaats niet met handen opgeslagen, maar een eeuwige in de hemelen. (aiōnios )
as it is written: “He has distributed around, he has given to the poor; his righteousness endures forever”— (aiōn )
zoals geschreven staat: "Milddadig deelt hij aan de armen uit: Zijn gerechtigheid houdt in eeuwigheid stand." (aiōn )
The God and Father of the Lord Jesus Christ, who is blessed forever, knows that I am not lying. (aiōn )
Ik lieg niet; dat weet de God en Vader van den Heer Jesus, in eeuwigheid geprezen. (aiōn )
who gave Himself for our sins, so that He might deliver us out of this present malignant age, according to the will of our God and Father, (aiōn )
die Zich voor onze zonden, —om ons te ontrukken aan deze boze wereld, —heeft overgeleverd volgens de wil van onzen God en Vader; (aiōn )
to whom be the glory forever and ever. Amen. (aiōn )
aan wien de glorie in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
—he who sows to his own flesh will reap deterioration from that flesh; he who sows to the Spirit will reap eternal life from that Spirit. (aiōnios )
wie zaait in het vlees, zal verderf oogsten uit het vlees; maar wie zaait in de geest, zal eeuwig leven oogsten uit de geest. (aiōnios )
far above every ruler and authority and power and dominion—even every name that can be named, not only in this age but also in the next. (aiōn )
hoog boven alle heerschappij en macht en kracht en hoogheid, en boven elke naam, die genoemd wordt in deze wereld niet alleen, maar ook in de toekomstige wereld; (aiōn )
in which you once walked, according to the Aeon of this world, the ruler of the domain of the air, the spirit who is now at work in the sons of the disobedience; (aiōn )
waarin gij eertijds geleefd hebt in navolging van deze aardse wereld, in navolging ook van den vorst der macht in de lucht, van den vorst van de geest, die nog altijd werkt in de zonen der ongehoorzaamheid. (aiōn )
in order that in the coming ages He might display the surpassing riches of His grace, through His kindness toward us in Christ Jesus. (aiōn )
opdat in de toekomende tijden de overgrote rijkdom zijner genade zou worden geopenbaard, die Hij in zijn goedheid ons in Christus Jesus heeft geschonken. (aiōn )
and to enlighten all as to the program of the secret that from the beginning of the ages has been hidden by the God who created all things through Jesus Christ; (aiōn )
en het Bestel te doen zien van het heilsgeheim, dat van eeuwigheid verborgen was in God, den Schepper aller dingen; (aiōn )
according to the eternal purpose that He accomplished by Christ Jesus our Lord, (aiōn )
En dit is geschied volgens de eeuwige voorbeschikking, die Hij ten uitvoer heeft gebracht in Christus Jesus onzen Heer. (aiōn )
to Him be the glory in the Church in Christ Jesus, to all generations, forever and ever. Amen. (aiōn )
aan Hem zij de glorie in de Kerk en in Christus Jesus ten allen tijde, van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen! (aiōn )
Because, our wrestling match is not against flesh and blood, but against the principalities, against the authorities, against the world-rulers of the darkness of this age, against the malignant spirits in the heavenly realms. (aiōn )
Want niet tegen vlees en bloed geldt onze strijd, maar tegen heerschappijen en machten, tegen wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de lucht. (aiōn )
Now to our God and Father be the glory for ever and ever. Amen. (aiōn )
Aan onzen God en Vader zij de glorie in de eeuwen der eeuwen. Amen. (aiōn )
the secret that has been hidden from past ages and generations, but now has been revealed to His saints; (aiōn )
het heilsgeheim, dat sinds de aanvang der eeuwen en geslachten verborgen is geweest, maar thans aan zijn heiligen is geopenbaard. (aiōn )
who will pay a penalty: everlasting ruin, away from the face of the Lord and from the glory of His might, (aiōnios )
ze zullen gestraft worden met eeuwig verderf, ver weg van den Heer en van de glorie zijner kracht. (aiōnios )
Now may our Lord Jesus Christ Himself, and our God and Father, who loved us and gave us eternal comfort and good hope, by grace, (aiōnios )
Onze Heer Jesus Christus zelf en God onze Vader, die ons heeft liefgehad, en door zijn genade eeuwige troost en goede hoop heeft geschonken, (aiōnios )
precisely for this reason I was shown mercy, that in me, the ‘chief’, Jesus Christ might display all his forbearance, as an example for those who are going to rely on Him into eternal life. (aiōnios )
maar daarom juist heb ik ontferming gevonden, opdat aan mij, den grootste, Jesus Christus zijn volle lankmoedigheid zou tonen, als voorbeeld voor hen, die in Hem zullen geloven ten eeuwigen leven. (aiōnios )
Now to the King eternal, immortal, invisible, to God who alone is wise, be honor and glory forever and ever. Amen. (aiōn )
Aan den Koning der eeuwen, den onvergankelijken, onzichtbaren, enigen God: eer en glorie in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
Fight the good fight of faith; take hold of the eternal life into which you were called—indeed, you confessed the good confession in the presence of many witnesses. (aiōnios )
Strijd de goede strijd van het geloof; ding naar het eeuwige leven, waartoe ge geroepen zijt, en voor vele getuigen de heerlijke belijdenis hebt afgelegd. (aiōnios )
who alone has immortality, residing in unapproachable light; whom no man has seen or can see; to whom be honor and eternal power. Amen. (aiōnios )
Hij die alleen de onsterfelijkheid bezit, die het ontoegankelijk licht bewoont, dien geen mens heeft gezien of kàn zien, wien de eer is en eeuwige macht. Amen! (aiōnios )
Command those who are rich in this present world not to be haughty, nor to rely upon the uncertainty of riches but on the living God, who richly provides us with everything to enjoy; (aiōn )
Vermaan de rijken dezer wereld, dat ze niet trots mogen zijn; dat ze hun hoop niet stellen op wisselvallige rijkdom, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet, om er van te genieten; (aiōn )
—the One who saved us and called us with a holy calling, not because of our works but because of His own purpose and grace, which was given to us in Christ Jesus before time began, (aiōnios )
die ons gered heeft en tot een heilige roeping heeft uitverkoren, niet op grond van onze werken, maar door zijn eigen voorbeschikking en genade. Deze toch is ons van alle eeuwigheid in Christus Jesus verleend, (aiōnios )
This is why I endure it all: for the sake of the chosen ones, that they also may obtain the salvation that is in Christ Jesus, with eternal glory. (aiōnios )
Daarom juist verdraag ik alles terwille der uitverkorenen, opdat ook zij het heil verwerven in Christus Jesus, en de eeuwige glorie bovendien. (aiōnios )
for Demas, loving this present world, has deserted me and gone to Thessalonica—Crescens to Galatia, Titus to Dalmatia. (aiōn )
Want Demas, die deze wereld heeft liefgekregen, heeft me verlaten, en is naar Tessalonika vertrokken; Crescens naar Galátië, Titus naar Dalmátië. (aiōn )
and the Lord will deliver me from every evil work and save me into His heavenly Kingdom; to whom be the glory for ever and ever. Amen. (aiōn )
De Heer zal mij verlossen van alle boze aanslagen, en mij behouden voor zijn hemels Rijk: Hem zij de eer in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
in hope of eternal life—which life God, who cannot lie, promised before the ages of time (aiōnios )
terwille ook van de hoop op het eeuwige leven, dat de waarachtige God vóór eeuwige tijden heeft beloofd, (aiōnios )
teaching us that, denying ungodliness and worldly lusts, we should live prudently, righteously and godly in this present age, (aiōn )
Zij voedt ons op, om goddeloosheid te verzaken en wereldse begeerlijkheid; om ingetogen, rechtschapen, godvruchtig in deze wereld te leven; (aiōn )
so that having been justified by His grace we might become heirs according to the hope of eternal life. (aiōnios )
opdat wij, door zijn genáde gerechtvaardigd, door de hóóp erfgenamen zouden worden van het eeuwige leven. (aiōnios )
Perhaps this is why he was removed for a while, so that you would have him forever (aiōnios )
Want misschien is hij juist daarom een tijdje van u weg geweest, opdat ge hem zoudt bezitten voor eeuwig; (aiōnios )
has at the end of these days spoken to us by Son, whom He appointed heir of all things, through whom also He made the ages; (aiōn )
heeft Hij aan het einde dezer dagen tot ons gesproken door den Zoon, dien Hij gesteld heeft tot erfgenaam van al zijn bezit en door wien Hij de wereld gemaakt heeft. (aiōn )
while to the Son He says: “Your throne, O God, is forever and ever; ‘Scepter of Uprightness’ is the scepter of Your kingdom. (aiōn )
Maar van den Zoon: Uw troon, o God, is in de eeuwen der eeuwen, En uw koningschepter is de schepter van het recht. (aiōn )
Just as He[F] also says in another place, “You are a priest forever according to the order of Melchizedek.” (aiōn )
zoals Hij dan ook op een andere plaats heeft gezegd: "Gij zijt Priester voor eeuwig, Naar de Orde van Melkisedek." (aiōn )
And having been completed He became the Source of eternal salvation for all those obeying Him, (aiōnios )
en is Hij na zijn verheerlijking de oorzaak van eeuwige zaligheid geworden voor allen, die Hem gehoorzaam zijn; (aiōnios )
of teaching about baptisms, of laying on of hands, of resurrection of the dead, and of eternal judgment. (aiōnios )
de leer over doopsels, handoplegging, opstanding der doden en eeuwig oordeel. (aiōnios )
who have experienced God's good event and capabilities of the coming age, (aiōn )
het heerlijk woord Gods en de krachten der toekomstige wereld hebben geproefd, (aiōn )
where Forerunner Jesus has entered on our behalf, having become High Priest forever according to the order of Melchizedek. (aiōn )
waar terwille van ons onze Voorloper is binnengegaan: Jesus, "Hogepriester voor eeuwig naar de Orde van Melkisedek." (aiōn )
Because He testifies: “You are a priest forever according to the order of Melchizedek.” (aiōn )
want er is betuigd: "Gij zijt Priester voor eeuwig naar de Orde van Melkisedek." (aiōn )
—they indeed had become priests without an oath-taking, but He[S] with an oath by Him[F] who said to Him[S]: “The Lord has sworn and will not change His[F] mind; you are a priest forever according to the order of Melchizedek” (aiōn )
maar Hij werd het door een eed van Hem, die tot Hem sprak: "De Heer heeft gezworen, En het zal Hem nimmer berouwen: Gij zijt Priester voor eeuwig!" (aiōn )
while He[S], because He continues forever, has an unchangeable priesthood. (aiōn )
Maar Hij bezit een onvervreemdbaar Priesterschap, omdat Hij blijft voor eeuwig. (aiōn )
The Law appoints as high priest men who have weakness, but the word of the oath, that came after the Law, appointed Son, forever perfect. (aiōn )
De Wet toch stelt tot hogepriesters mensen aan, met zwakheid behept; maar de eed-uitspraak, die na de Wet is gekomen, den Zoon, die volmaakt is voor eeuwig. (aiōn )
and with His own blood, not that of goats and calves. (aiōnios )
niet door bloed van bokken en kalveren, maar door zijn eigen Bloed; ééns voor altijd, daar Hij een eeuwige verlossing verworven had. (aiōnios )
how much more will the blood of Christ, who through the Holy Spirit offered Himself unblemished to God, cleanse your conscience from dead works to serve the living God? (aiōnios )
hoeveel te meer zal dan het Bloed van Christus, die door een eeuwigen Geest Zich als smetteloos Offer opdroeg aan God, ons geweten reinigen van dode werken tot de dienst van den levenden God? (aiōnios )
For this reason He is mediator of a new covenant, so that those who have been called may receive the promised eternal inheritance—since a death has occurred for the redemption of the transgressions under the first covenant. (aiōnios )
En daarom is Hij de Middelaar van een nieuw Testament, en is Hij gestorven tot verzoening van de overtredingen van het eerste, opdat de uitverkorenen de beloofde eeuwige erfenis zouden ontvangen. (aiōnios )
—otherwise He would have had to suffer many times since the creation of the world; but now, once for all at the end of the ages, He has been revealed to nullify sin by the sacrifice of Himself. (aiōn )
Want dan zou Hij van de schepping der wereld af meermalen hebben moeten lijden, terwijl Hij feitelijk slechts éénmaal en op het einde der tijden verschenen is, om door zijn Offer de zonde te delgen. (aiōn )
By faith we understand that the ages were created by a word from God, so that the things that are seen were made out of things invisible. (aiōn )
hierdoor ook erkennen we, dat de wereld door Gods Woord is geschapen, dat het zichtbare uit het Onzichtbare is ontstaan. (aiōn )
Jesus Christ is Himself, yesterday and today and into the ages. (aiōn )
Jesus Christus is Dezelfde, gisteren en heden en in eeuwigheid! (aiōn )
Now may the God of peace—who through the blood of the eternal covenant brought back from the dead our Lord Jesus, that great Shepherd of the sheep— (aiōnios )
De God van vrede, die Jesus onzen Heer van de doden heeft opgewekt, den groten Herder der schapen door het Bloed van een eeuwig Verbond: (aiōnios )
equip you for every good work to do His will, working in you what is well pleasing in His sight, through Jesus Christ, to whom be the glory forever and ever. Amen. (aiōn )
Hij bevestige u in alle goed, opdat gij zijn wil moogt volbrengen; al wat Hem welbehagelijk is, werke Hij in ons uit door Jesus Christus: Hem zij ere in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
And the tongue is a fire! The organization of wickedness, that is how the tongue is placed among our members, defiling the whole body and setting on fire the course of life, itself being set on fire by hell. (Geenna )
Ook de tong is een vuur: een wereld van ongerechtigheid. Onder onze leden is het de tong, die heel het lichaam bezoedelt, en ons levensrad in brand steekt, zelf in vlam gezet door de hel. (Geenna )
having been begotten again, not from a corruptible seed but an incorruptible, through the living Word of God that remains valid forever. (aiōn )
Want gij zijt wedergeboren niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levend en blijvend woord van God. (aiōn )
Now this is the good word that was proclaimed to you. (aiōn )
Maar het woord des Heren houdt in eeuwigheid stand!" En dit is het woord, dat onder u is verkondigd. (aiōn )
If anyone speaks, let it be as utterances of God. If anyone serves, let it be as from strength as God supplies, so that in all things God may be glorified through Jesus Christ, to whom belong the glory and the dominion throughout the ages. Amen. (aiōn )
wanneer iemand spreekt, het zij als Gods woord; wanneer iemand dient, het geschiede door de kracht, door God hem verleend. Moge dan in alles God worden verheerlijkt door Jesus Christus, wien de heerlijkheid is en de kracht in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
Now may the God of all grace, who called you into His eternal glory by Christ Jesus, Himself perfect, establish, strengthen and ground you—after you have suffered a while. (aiōnios )
De God van alle genade, die u in Christus riep tot zijn eeuwige glorie, Hij zal u na kortstondig lijden oprichten en sterken, stevigen en bevestigen. (aiōnios )
To Him be the glory and the dominion forever and ever. Amen. (aiōn )
Hem is de kracht in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
Because in this way you will be granted the abundant entrance into the unending kingdom of our Lord and Savior, Jesus Christ. (aiōnios )
en dan zal ook de toegang tot het eeuwig koninkrijk van Jesus Christus, onzen Heer en Zaligmaker, wijd voor u openstaan. (aiōnios )
Because if God did not spare angels when they sinned, but delivered them into chains of darkness, confining them in Tartarus to be reserved for judgment, (Tartaroō )
Want wanneer God de zondige engelen niet spaarde, maar ze naar de hel verwees, en opsloot in donkere holen, om ze vast te houden voor het oordeel; (Tartaroō )
Rather, may you grow in grace and knowledge of our Lord and Savior Jesus Christ. To Him be the glory both now and into the eternal day. Amen. (aiōn )
Neemt liever toe in genade en kennis van Jesus Christus onzen Heer en Verlosser. Hem zij de glorie nu en tot de Dag der Eeuwigheid. (aiōn )
—oh yes, the Life was manifested, and we have seen and testify and declare to you that eternal Life who was in the presence of the Father and was manifested to us— (aiōnios )
ja waarlijk, het Leven is verschenen en wij hebben het gezien; en wij leggen getuigenis af en brengen u de boodschap van het eeuwig Leven, dat bij den Vader was en aan ons is verschenen; (aiōnios )
The world, with its craving, is passing away, but he who does God's will remains forever. (aiōn )
En de wereld gaat voorbij met haar begeerlijkheid; maar wie de wil van God volbrengt, blijft in eeuwigheid. (aiōn )
This is the promise that He Himself promised us—the eternal life. (aiōnios )
En dit is dan de belofte, die Hij ons heeft gegeven: het eeuwig leven. (aiōnios )
Whoever is hating his brother is a murderer, and you know that no murderer has eternal life abiding within himself. (aiōnios )
Wie zijn broeder haat, is een moordenaar; en gij weet, dat geen moordenaar het eeuwig leven behoudt. (aiōnios )
And this is the testimony: that God has given us eternal life, and this life is in His Son. (aiōnios )
En dit is de getuigenis: God heeft ons het eeuwig leven geschonken; en dat leven is in zijn Zoon. (aiōnios )
I have written these things to you who believe into the name of the Son of God so that you may know that you have eternal life, really believing into the name of God's Son. (aiōnios )
Dit alles heb ik u geschreven, opdat gij weten moogt, dat gij het eeuwig leven bezit, zo gij gelooft in de naam van den Zoon van God. (aiōnios )
We know that the Son of God has come and has given us understanding, so that we may know Him who is true; and we are in Him who is true, in His Son Jesus Christ. He is the genuine God, and the Life eternal. (aiōnios )
We weten ook, dat de Zoon van God is gekomen, en ons het inzicht heeft gegeven, om den Waarachtige te kennen. Wij zijn in den Waarachtige, en in zijn Zoon Jesus Christus. Deze is de waarachtige God en het eeuwige leven. (aiōnios )
because of the Truth, who abides in us and will be with us into the age: (aiōn )
om de waarheid, die in ons woont en die in eeuwigheid bij ons zal blijven: (aiōn )
And the angels who did not keep their proper domain but deserted their own dwelling He has kept bound in everlasting chains under darkness for the judgment of the great day. (aïdios )
hoe Hij de engelen, die hun Heerschappij niet bewaarden, maar hun eigen woonsteden verlieten, met eeuwige boeien in de duisternis vasthoudt voor het gericht van de grote Dag; (aïdios )
So also Sodom and Gomorrah and the surrounding towns—who gave themselves up to fornication and went after a different kind of flesh in a manner similar to those angels—stand as an example, undergoing a punishment of eternal fire. (aiōnios )
hoe Sódoma en Gomorra met de omliggende steden, die ontucht bedreven evenals zij, en tegennatuurlijke vleselijke lusten hebben nagejaagd, tot een voorbeeld gesteld zijn van de straf door het eeuwige vuur. (aiōnios )
they are wild waves of the sea, foaming up their own shameful acts; they are wandering stars, for whom the black of the darkness has been reserved forever. (aiōn )
woeste golven der zee, die hun eigen schande opspatten; dwaalsterren, wie diepste duisternis voor eeuwig wacht. (aiōn )
keep yourselves in God's love, looking forward to the mercy of our Lord Jesus Christ into eternal life. (aiōnios )
bewaart uzelf in Gods liefde, en rekent op de barmhartigheid van onzen Heer Jesus Christus ten eeuwigen leven. (aiōnios )
to God our Savior, who alone is wise, be glory and majesty, power and authority, both now and throughout all the ages! Amen. (aiōn )
—aan den enigen God, onzen Redder door Jesus Christus onzen Heer, aan Hem zij de glorie en grootheid, de kracht en de macht vóór alle eeuwigheid, en nu en in alle eeuwigheid. Amen! (aiōn )
—indeed, He made us a kingdom, priests to His God and Father—to Him be the glory and the dominion for ever and ever. Amen. (aiōn )
die ons ook tot een koningschap heeft gemaakt, tot priesters voor zijn God en zijn Vader: aan Hem zij de glorie en de macht in de eeuwen der eeuwen. Amen! (aiōn )
even the Living One—I became dead, to be sure, and now I am living for ever and ever! Oh yes! And I have the keys of Death and of Hades! (aiōn , Hadēs )
Ik ben de Levende; Ik was dood, doch zie, Ik leef in de eeuwen der eeuwen. En Ik heb de sleutels van de dood en van het dodenrijk. (aiōn , Hadēs )
And whenever the living beings ascribe glory and honor and thanksgiving to Him who sits on the throne, to Him who lives forever and ever, (aiōn )
En toen de Dieren roem, en eer en dank hadden gebracht aan Hem, die op de troon is gezeten: den Levende in de eeuwen der eeuwen: (aiōn )
the twenty-four elders fall down before Him who sits on the throne and worship Him who lives forever and ever, and they cast their crowns before the throne saying: (aiōn )
vielen de vier en twintig Oudsten neer voor Hem, die op de troon is gezeten, aanbaden den Levende in de eeuwen der eeuwen, legden hun kronen neer voor de troon, en riepen: (aiōn )
And every creature which is in the heaven and upon the earth and under the earth, and upon the sea (the existing places and the creatures in them)—I heard them all saying: “To Him who sits upon the throne and to the Lamb: the blessing and the honor and the glory and the power for ever and ever! Amen!” (aiōn )
En ieder schepsel in de hemel, op de aarde en onder de aarde, op de zee en al wat daarin is, hoorde ik roepen: Hem die zetelt op de troon En aan het Lam: Zij lof en eer en glorie, En kracht in de eeuwen der eeuwen! (aiōn )
And I looked and, wow, a sickly pale horse! And as for the one sitting upon it, his name is Death, and Hades follows with him. And authority was given to him over a fourth of the earth, to kill by sword and by famine and by death, also by the wild animals of the earth. (Hadēs )
Ik zag toe. En zie: een vaal paard; en die er op zat, heette de Dood, en de Onderwereld kwam achter hem aan. En hun werd macht gegeven over het vierde deel der aarde, om te doden met zwaard en hongersnood, met pest en wilde beesten. (Hadēs )
saying: “Amen! The blessing and the glory and the wisdom and the thanksgiving and the honor and the power and the strength to our God for ever and ever! Amen.” (aiōn )
en zeiden: Amen! Lof, glorie, wijsheid en dank, De eer, en de macht en de sterkte Aan onzen God in de eeuwen der eeuwen! Amen! (aiōn )
So the fifth angel trumpeted, and I saw a ‘star’ that had fallen out of the sky to the earth. And to him was given the key to the shaft of the Abyss. (Abyssos )
De vijfde engel blies: Toen zag ik een ster, die uit de hemel op aarde was neergevallen; en haar werd de sleutel gegeven van de put van de Afgrond. (Abyssos )
So he opened the shaft of the Abyss and smoke went up out of the shaft, like the smoke of a burning furnace; and the sun and the air were darkened because of the smoke from the shaft. (Abyssos )
Ze opende de put van de Afgrond; rook steeg op uit de put als de rook van een geweldige oven; de zon en de lucht werden verduisterd door de rook uit de put. (Abyssos )
having as king over them the angel of the Abyss—his name in Hebrew is Abbaddon, while in Greek he has the name Apollyon. (Abyssos )
Tot koning over zich hebben ze den Engel van de Afgrond: zijn naam is "Abaddon" in ‘t hebreeuws, "Apollion" is zijn naam in ‘t grieks. (Abyssos )
and swore by Him who lives forever and ever, who created the heaven and the things in it, and the earth and the things in it, and the sea and the things in it, that there would be no further delay, (aiōn )
Hij zwoer bij Hem, die leeft in de eeuwen der eeuwen, en die de hemel heeft geschapen met al wat er in is, de aarde met al wat er in is, en de zee met al wat er in is: Geen tijd blijft er over; (aiōn )
When they finish their witness, the Beast of prey that comes up out of the Abyss will make war with them, overcome them and kill them (Abyssos )
Maar wanneer ze hun getuigenis hebben voleind, dan zal het Beest, dat uit de afgrond omhoog stijgt, strijd met hen voeren, ze overwinnen en doden. (Abyssos )
So the seventh angel trumpeted, and there were loud voices in heaven saying: “The kingdom of the world has become the kingdom of our Lord and of His Christ, and He shall reign forever and ever!” (aiōn )
Toen blies de zevende engel: In de hemel weerklonken machtige stemmen; ze riepen: Gekomen is het koningschap over de wereld Van onzen Heer en zijn Gezalfde. Hij zal heersen in de eeuwen der eeuwen! (aiōn )
And I saw another angel flying in midheaven, having an eternal gospel to be proclaimed to those who reside on the earth—to every ethnic nation and tribe and language and people— (aiōnios )
Toen zag ik een anderen engel, vliegend hoog tegen de lucht. Hij moest een eeuwig Evangelie verkondigen aan hen, die de aarde bewonen, aan alle naties en stammen, talen en volken. (aiōnios )
So the smoke of their torment goes up forever and ever, and they have no rest day or night, those who worship the Beast and his image, and whoever receives the mark of his name. (aiōn )
De rook hunner foltering stijgt op in de eeuwen der eeuwen, Ze hebben geen rust dag of nacht: Zij die aanbidden het Beest en zijn beeld, Al wie het merkteken draagt van zijn naam. (aiōn )
Then one of the four living beings gave the seven angels seven golden bowls filled with the fury of God, the One who lives forever and ever. (aiōn )
Eén van de vier Dieren gaf aan de zeven engelen zeven gouden schalen, vol van de gramschap van God, van den Levende in de eeuwen der eeuwen. (aiōn )
The beast that you saw was, and is not, and is about to come up out of the Abyss and to go into perdition. And those who dwell upon the earth will be amazed, whose names are not written in the Book of Life from the foundation of the world, when they see the beast that was, and is not and will be present. (Abyssos )
Het Beest, dat ge gezien hebt, wàs, maar is niet; doch het zal opstijgen uit de afgrond en ten verderve gaan. En de bewoners der aarde, wier naam niet geschreven staat in het boek des levens van de grondvesting der wereld af, ze zullen verbaasd staan bij het zien van het Beest, omdat het wàs, niet is, doch zàl zijn. (Abyssos )
And a second voice said, “Hallelujah! Her smoke goes up for ever and ever!” (aiōn )
En ze herhaalden: Alleluja! Haar rook stijgt op in de eeuwen der eeuwen! (aiōn )
So the Beast was captured, and with him the False prophet, the one who performed signs in his presence (by which he had deceived those who had received the mark of the Beast and those who worshiped his image). The two were thrown alive into the Lake of Fire that burns with brimstone. (Limnē Pyr )
En gegrepen werd het Beest, en met hem de valse profeet, die onder zijn ogen de wonderen verricht had, waarmee hij hèn had verleid, die het teken van het Beest hadden aanvaard en zijn beeld hadden aanbeden: Levend werden beiden in de vuurpoel geworpen, met zwavel gestookt. (Limnē Pyr )
And I saw an angel coming down from heaven, having the key of the Abyss and a huge chain on his hand. (Abyssos )
Toen zag ik een engel uit de hemel nederdalen; de sleutel van de Afgrond en een grote keten droeg hij in zijn hand. (Abyssos )
he threw him into the Abyss and locked and sealed it over him so that he should not deceive the nations any more until the thousand years were finished. And after these years he must be loosed for a short time. (Abyssos )
en wierp hem in de Afgrond. Toen sloot hij hem in, en legde er een zegel op, opdat hij de volkeren niet langer zou verleiden, totdat de duizend jaar voleindigd zijn. Daarna moet hij losgelaten worden voor korte tijd. (Abyssos )
And the devil, who deceived them, was thrown into the Lake of Fire and brimstone, where the Beast and the False prophet also are. And they will be tormented day and night forever and ever. (aiōn , Limnē Pyr )
En de duivel, die ze verleid had, werd weer neergeworpen in de poel van vuur en zwavel, waar ook het Beest is en de valse pro feet; gepijnigd zullen ze worden dag en nacht in de eeuwen der eeuwen. (aiōn , Limnē Pyr )
The ocean gave up the dead who were in it, and Death and Hades gave up the dead who were in them; and they were judged each one according to their works. (Hadēs )
De zee gaf de doden terug, die er in zijn; Dood en Onderwereld gaven de doden terug, die er in zijn. En allen werden naar hun werken geoordeeld. (Hadēs )
And Death and Hades were thrown into the Lake of Fire. This is the second death, the Lake of Fire. (Hadēs , Limnē Pyr )
Dood en Onderwereld werden in de vuurpoel geworpen; de vuurpoel is de tweede dood. (Hadēs , Limnē Pyr )
And if anyone was not found written in the Book of Life he was thrown into the Lake of Fire. (Limnē Pyr )
En wie niet geschreven stond in het Boek des Levens, ook hij werd in de vuurpoel geworpen. (Limnē Pyr )
But as for the cowardly and unbelieving and sinners and abominable and murderers and fornicators and sorcerers and idolaters, and all who are false, their portion is in the Lake that burns with fire and brimstone, which is the second death.” (Limnē Pyr )
Maar alle lafaards, trouwelozen, Boosdoeners en moordenaars, Ontuchtigen, tovenaars, Afgodendienaars en leugenaars: Ze krijgen hun deel in de poel, Die brandt van vuur en zwavel! En dit is de tweede dood. (Limnē Pyr )
Night will not exist there and they will need neither lamp nor sunlight, because the Lord God illuminates them. And they will reign forever and ever. (aiōn )
Dan zal er geen nacht meer zijn, en ze zullen het licht van fakkel en zon niet langer behoeven. Want God de Heer zal over hen lichten; ze zullen heersen in de eeuwen der eeuwen! (aiōn )
These are waterless springs, clouds driven by a storm, for whom the blackest of the darkness has been reserved forever. ()