< Jesaja 12 >

1 En te dienzelfden dage zult gij zeggen: Ik dank U, HEERE! dat Gij toornig op mij geweest zijt, maar Uw toorn is afgekeerd, en Gij troost mij.
At that time, you [people of Jerusalem] will sing [this song]: “Yahweh, we praise you! [Previously], you were angry with us, but you are not angry now and you have comforted us.
2 Ziet, God is mijn Heil, ik zal vertrouwen en niet vrezen; want de Heere HEERE is mijn Sterkte en mijn Psalm, en Hij is mij tot Heil geworden.
Amazingly, you [have come to] save us, [so] we will trust [in you] and not be afraid. Yahweh our God, you enable us to be strong; you are [the one about whom] we sing; you have rescued us [from our enemies].”
3 En gijlieden zult water scheppen met vreugde uit de fonteinen des heils;
You(pl), [his people], will greatly enjoy being saved like [MET] you enjoy drinking water from a fountain.
4 En zult te dienzelfden dage zeggen: Dankt den HEERE, roept Zijn Naam aan, maakt Zijn daden bekend onder de volken! vermeldt, dat Zijn Naam verhoogd is.
At that time you [all] will say, “We should thank Yahweh! We should praise him [MTY]! We should tell [the people of all] the people-groups what he has done; we should enable them to know that he [MTY] is very great!
5 Psalmzingt den HEERE, want Hij heeft heerlijke dingen gedaan; zulks zij bekend op den gansen aardbodem.
We should sing to Yahweh, because he has done wonderful things. We should enable everyone in the world to know it!
6 Juich en zing vrolijk, gij inwoners van Sion! want de Heilige Israels is groot in het midden van u.
You people of Jerusalem, shout joyfully to praise Yahweh, because he is the great Holy One whom we Israeli [people worship], and he lives among us!”

< Jesaja 12 >