Deuteronomium 6

1 Dit zijn dan de geboden, de inzettingen en de rechten, die de HEERE, uw God, geboden heeft om u te leren; opdat gij ze doet in het land, naar hetwelk gij heentrekt, om dat erfelijk te bezitten;

۱ و این است اوامر و فرایض و احکامی که یهوه، خدای شما، امر فرمود که به شماتعلیم داده شود، تا آنها را در زمینی که شما بسوی آن برای تصرفش عبور می‌کنید، بجا آورید.

2 Opdat gij den HEERE, uw God, vrezet, om te houden al Zijn inzettingen, en Zijn geboden, die ik u gebiede; gij, en uw kind, en kindskind, al de dagen uws levens; en opdat uw dagen verlengd worden.

۲ و تااز یهوه خدای خود ترسان شده، جمیع فرایض واوامر او را که من به شما امر می‌فرمایم نگاه داری، تو و پسرت و پسر پسرت، در تمامی ایام عمرت و تا عمر تو دراز شود.

3 Hoor dan, Israel! en neem waar, dat gij ze doet, opdat het u welga, en opdat gij zeer vermenigvuldigdet (gelijk als u de HEERE, uwer vaderen God, gesproken heeft) in het land, dat van melk en honig is vloeiende.

۳ پس‌ای اسرائیل بشنو، و به عمل نمودن آن متوجه باش، تا برای تو نیکوباشد، و بسیار افزوده شوی در زمینی که به شیر وشهد جاری است، چنانکه یهوه خدای پدرانت تورا وعده داده است.

4 Hoor, Israel! de HEERE, onze God, is een enig HEERE!

۴ ‌ای اسرائیل بشنو، یهوه، خدای ما، یهوه واحد است.

5 Zo zult gij den HEERE, uw God, liefhebben, met uw ganse hart, en met uw ganse ziel, en met al uw vermogen.

۵ پس یهوه خدای خود را به تمامی جان و تمامی قوت خود محبت نما.

6 En deze woorden, die ik u heden gebiede, zullen in uw hart zijn.

۶ و این سخنانی که من امروز تو را امر می‌فرمایم، بر دل توباشد.

7 En gij zult ze uw kinderen inscherpen, en daarvan spreken, als gij in uw huis zit, en als gij op den weg gaat, en als gij nederligt, en als gij opstaat.

۷ و آنها را به پسرانت به دقت تعلیم نما، وحین نشستنت در خانه، و رفتنت به راه، و وقت خوابیدن و برخاستنت از آنها گفتگو نما.

8 Ook zult gij ze tot een teken binden op uw hand, en zij zullen u tot voorhoofdspanselen zijn tussen uw ogen.

۸ و آنهارا بردست خود برای علامت ببند، و در میان چشمانت عصابه باشد.

9 En gij zult ze op de posten van uw huis, en aan uw poorten schrijven.

۹ و آنها را بر باهوهای درخانه ات و بر دروازه هایت بنویس.

10 Als het dan zal geschied zijn, dat de HEERE, uw God, u zal hebben ingebracht in dat land, dat Hij uw vaderen, Abraham, Izak en Jakob, gezworen heeft, u te zullen geven; grote en goede steden, die gij niet gebouwd hebt,

۱۰ و چون یهوه، خدایت، تو را به زمینی که برای پدرانت ابراهیم و اسحاق و یعقوب قسم خورد که به تو بدهد، درآورد، به شهرهای بزرگ وخوشنمایی که تو بنا نکرده‌ای،

11 En huizen, vol van alle goeds, die gij niet gevuld hebt, en uitgehouwen bornputten, die gij niet uitgehouwen hebt, wijngaarden en olijfgaarden, die gij niet geplant hebt, en gij gegeten hebt en verzadigd zijt;

۱۱ و به خانه های پر از هر چیز نیکو که پر نکرده‌ای، و حوضهای کنده شده‌ای که نکنده‌ای، و تاکستانها و باغهای زیتونی که غرس ننموده‌ای، و از آنها خورده، سیرشدی.

12 Zo wacht u, dat gij den HEERE niet vergeet, Die u uit Egypteland, uit het diensthuis heeft uitgevoerd.

۱۲ آنگاه با حذر باش مبادا خداوند را که تورا از زمین مصر، از خانه بندگی بیرون آورد، فراموش کنی.

13 Gij zult den HEERE, uw God, vrezen, en Hem dienen; en gij zult bij Zijn Naam zweren.

۱۳ از یهوه خدای خود بترس و اورا عبادت نما و به نام او قسم بخور.

14 Gij zult andere goden niet navolgen, van de goden der volken, die rondom u zijn.

۱۴ خدایان دیگر را از خدایان طوایفی که به اطراف تومی باشند، پیروی منمایید.

15 Want de HEERE, uw God is een ijverig God in het midden van u; dat de toorn des HEEREN, uws Gods, tegen u niet ontsteke, en Hij u van den aardbodem verdelge.

۱۵ زیرا یهوه خدای تودر میان تو خدای غیور است، مبادا غضب یهوه، خدایت، برتو افروخته شود، و تو را از روی زمین هلاک سازد.

16 Gij zult den HEERE, uw God, niet verzoeken, gelijk als gij Hem verzocht hebt te Massa.

۱۶ یهوه خدای خود را میازمایید، چنانکه او رادر مسا آزمودید.

17 Gij zult de geboden des HEEREN, uws Gods, vlijtig houden, mitsgaders Zijn getuigenissen, en Zijn inzettingen, die Hij u geboden heeft.

۱۷ توجه نمایید تا اوامر یهوه خدای خود را و شهادات و فرایض او را که به شما امر فرموده است، نگاه دارید.

18 En gij zult doen, wat recht en goed is in de ogen des HEEREN; opdat het u welga, en dat gij inkomt, en erft het goede land, dat de HEERE uw vaderen gezworen heeft;

۱۸ و آنچه درنظر خداوند راست و نیکوست، به عمل آور تابرای تو نیکو شود، و داخل شده آن زمین نیکو راکه خداوند برای پدرانت قسم خورد به تصرف آوری.

19 Om al uw vijanden voor uw aangezicht te verdrijven, gelijk als de HEERE gesproken heeft.

۱۹ و تا جمیع دشمنانت را از حضورت اخراج نماید، چنانکه خداوند گفته است.

20 Wanneer uw zoon u morgen zal vragen, zeggende: Wat zijn dat voor getuigenissen, en inzettingen, en rechten, die de HEERE, onze God, ulieden geboden heeft?

۲۰ چون پسر تو در ایام آینده از تو سوال نموده، گوید که مراد از این شهادات و فرایض واحکامی که یهوه خدای ما به شما امر فرموده است، چیست؟

21 Zo zult gij tot uw zoon zeggen: Wij waren dienstknechten van Farao in Egypte; maar de HEERE heeft ons door een sterke hand uit Egypte uitgevoerd.

۲۱ پس به پسر خود بگو: ما درمصر غلام فرعون بودیم، و خداوند ما را از مصر بادست قوی بیرون آورد.

22 En de HEERE gaf tekenen, en grote en kwade wonderen, in Egypte, aan Farao en aan zijn ganse huis, voor onze ogen;

۲۲ و خداوند آیات ومعجزات عظیم و ردی‌ای بر مصر و فرعون وتمامی اهل خانه او در نظر ما ظاهر ساخت.

23 En hij voerde ons van daar uit, opdat Hij ons inbracht, om ons het land te geven, dat Hij onzen vaderen gezworen had.

۲۳ وما را از آنجا بیرون آورد تا ما را به زمینی که برای پدران ما قسم خورد که به ما بدهد، درآورد.

24 En de HEERE gebood ons te doen al deze inzettingen, om te vrezen den HEERE, onzen God, ons voor altoos ten goede, om ons in het leven te behouden, gelijk het te dezen dage is.

۲۴ وخداوند ما را مامور داشت که تمام این فرایض رابجا آورده، از یهوه خدای خود بترسیم، تا برای ماهمیشه نیکو باشد و ما را زنده نگاه دارد، چنانکه تاامروز شده است.

25 En het zal ons gerechtigheid zijn, als wij zullen waarnemen te doen al deze geboden, voor het aangezicht des HEEREN, onzes Gods, gelijk Hij ons geboden heeft.

۲۵ و برای ما عدالت خواهد بودکه متوجه شویم که جمیع این اوامر را به حضوریهوه خدای خود بجا آوریم، چنانکه ما را امرفرموده است.