Psalmen 121

1 Een bedevaartslied. Ik hef mijn ogen omhoog naar de bergen: "Vanwaar komt mijn hulp?"

A song for pilgrims going up to Jerusalem. I look to the hills—but is that where my help comes from?

2 Mijn hulp komt van Jahweh, Die hemel en aarde heeft gemaakt!

My help comes from the Lord, who made heaven and earth.

3 Neen, Hij laat uw voeten niet struikelen, Hij slaapt niet, uw Wachter;

He will not let you fall; he who watches over you won't fall asleep.

4 Neen, Hij sluimert noch dommelt, Israëls Beschermer!

In fact he who watches over you doesn't take naps or fall asleep.

5 Jahweh is uw Behoeder, Uw schaduw aan uw rechterhand:

The Lord keeps watch over you; the Lord protects you; he stands right beside you.

6 Overdag zal de zon u niet hinderen, En de maan niet des nachts.

The sun won't hurt you during the day, nor the moon at night.

7 Jahweh behoedt u voor iedere ramp, Hij is bezorgd voor uw leven;

The Lord will protect you from all kinds of evil; he will keep you safe and sound.

8 Jahweh waakt over uw komen en gaan Van nu af tot in eeuwigheid.

The Lord will look after you when you leave, and when you return, now and forever.