< 箴言 15 >
Een zacht antwoord keert de grimmigheid af; maar een smartend woord doet den toorn oprijzen.
De tong der wijzen maakt de wetenschap goed; maar de mond der zotten stort overvloediglijk dwaasheid uit.
De ogen des HEEREN zijn in alle plaatsen, beschouwende de kwaden en de goeden.
De medicijn der tong is een boom des levens; maar de verkeerdheid in dezelve is een breuk in den geest.
5 愚妄人藐视父亲的管教; 领受责备的,得着见识。
Een dwaas zal de tucht zijns vaders versmaden; maar die de bestraffing waarneemt, zal kloekzinniglijk handelen.
In het huis des rechtvaardigen is een grote schat; maar in des goddelozen inkomst is beroerte.
De lippen der wijzen zullen de wetenschap uitstrooien; maar het hart der zotten niet alzo.
8 恶人献祭,为耶和华所憎恶; 正直人祈祷,为他所喜悦。
Het offer der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar het gebed der oprechten is Zijn welgevallen.
9 恶人的道路,为耶和华所憎恶; 追求公义的,为他所喜爱。
De weg der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar dien, die de gerechtigheid najaagt, zal Hij liefhebben.
10 舍弃正路的,必受严刑; 恨恶责备的,必致死亡。
De tucht is onaangenaam voor dengene die het pad verlaat; en die de bestraffing haat, zal sterven.
11 阴间和灭亡尚在耶和华眼前, 何况世人的心呢? (Sheol )
De hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten van des mensen kinderen? (Sheol )
De spotter zal niet liefhebben, die hem bestraft; hij zal niet gaan tot de wijzen.
Een vrolijk hart zal het aangezicht blijde maken; maar door de smart des harten wordt de geest verslagen.
Een verstandig hart zal de wetenschap opzoeken; maar de mond der zotten zal met dwaasheid gevoed worden.
15 困苦人的日子都是愁苦; 心中欢畅的,常享丰筵。
Al de dagen des bedrukten zijn kwaad; maar een vrolijk hart is een gedurige maaltijd.
16 少有财宝,敬畏耶和华, 强如多有财宝,烦乱不安。
Beter is weinig met de vreze des HEEREN, dan een grote schat, en onrust daarbij.
Beter is een gerecht van groen moes, waar ook liefde is, dan een gemeste os, en haat daarbij.
Een grimmig man zal gekijf verwekken; maar de lankmoedige zal den twist stillen.
19 懒惰人的道像荆棘的篱笆; 正直人的路是平坦的大道。
De weg des luiaards is als een doornheg; maar het pad der oprechten is welgebaand.
Een wijs zoon zal den vader verblijden; maar een zot mens veracht zijn moeder.
De dwaasheid is den verstandeloze blijdschap; maar een man van verstand zal recht wandelen.
De gedachten worden vernietigd, als er geen raad is; maar door veelheid der raadslieden zal elkeen bestaan.
Een man heeft blijdschap in het antwoord zijns monds; en hoe goed is een woord op zijn tijd!
24 智慧人从生命的道上升, 使他远离在下的阴间。 (Sheol )
De weg des levens is den verstandige naar boven; opdat hij afwijke van de hel, beneden. (Sheol )
25 耶和华必拆毁骄傲人的家, 却要立定寡妇的地界。
Het huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar de landpale der weduwe zal Hij vastzetten.
Des bozen gedachten zijn den HEERE een gruwel; maar der reinen zijn liefelijke redenen.
27 贪恋财利的,扰害己家; 恨恶贿赂的,必得存活。
Die gierigheid pleegt, beroert zijn huis; maar die geschenken haat, zal leven.
28 义人的心,思量如何回答; 恶人的口吐出恶言。
Het hart des rechtvaardigen bedenkt zich, om te antwoorden; maar de mond der goddelozen zal overvloediglijk kwade dingen uitstorten.
De HEERE is ver van de goddelozen; maar het gebed der rechtvaardigen zal Hij verhoren.
Het licht der ogen verblijdt het hart; een goed gerucht maakt het gebeente vet.
Het oor, dat de bestraffing des levens hoort, zal in het midden der wijzen vernachten.
32 弃绝管教的,轻看自己的生命; 听从责备的,却得智慧。
Die de tucht verwerpt, die versmaadt zijn ziel; maar die de bestraffing hoort, krijgt verstand.
33 敬畏耶和华是智慧的训诲; 尊荣以前,必有谦卑。
De vreze des HEEREN is de tucht der wijsheid; en de nederigheid gaat voor de eer.