< 詩篇 82 >
1 詠【警告為民長者】阿撒夫的詩歌。 天主親臨眾神的會議,在眾神之中主張公理:
Een lied van Asaf. God staat op in de goddelijke raad, Houdt gericht te midden der goden!
Hoelang nog zult gij onrechtvaardige vonnissen vellen, En voor de bozen partij blijven trekken?
3 你們應保護受苦的人和孤兒,為貧窮與可憐的人主持正義。
Neemt het op voor zwakken en wezen, Geef den geringe en verdrukte zijn recht:
Redt den behoeftige en arme, En rukt ze uit de handen der bozen!
5 他們原本無知無識,在暗中摸索,卻把大地的一切根基動搖。
Maar ze hebben verstand noch begrip; ze tasten in duisternis rond, En brengen alle grondslagen der aarde aan het wankelen!
6 我親自說過:你們都是神,眾人都是至高者的子民。
Ik had gezegd: Gij zijt goden, Zonen van den Allerhoogste, gij allen;
7 但是你們必要死亡像眾人一樣,必要消失像任何一位王侯一樣。
Maar gij zult sterven als mensen, En als een der afgoden vallen!
8 天主,求您起來審判下土,因為萬國都應由您佔據。
Sta op, o God, en richt de aarde; Want alle volkeren behoren U toe!