প্রবচন 16
Wel kan de mens bij zichzelf overleggen, Maar van Jahweh komt het antwoord van de mond.
Al denkt de mens, dat al zijn wegen onschuldig zijn, Het is Jahweh, die de harten toetst!
Wentel uw zorgen op Jahweh af, Dan komen uw plannen ten uitvoer.
4 ৪ যিহোৱাই সেই উদ্দেশ্যে সকলোকে সৃষ্টি কৰিলে; এনে কি, তেওঁ দুষ্টলোককো দুৰ্দ্দশা-দিনৰ বাবে সৃষ্টি কৰিলে।
Jahweh heeft alles gemaakt met een doel, Zo ook den zondaar voor de dag van het onheil.
5 ৫ অহংকাৰী হৃদয়ৰ প্ৰত্যেক লোকক যিহোৱাই ঘিণ কৰে; যদিও তেওঁলোকে হাতত ধৰাধৰিকৈ থাকে, তথাপিও তেওঁলোকে দণ্ড নোপোৱাকৈ নাথাকিব।
Jahweh verafschuwt alle hooghartige mensen; De hand erop: ze ontkomen niet aan hun straf.
6 ৬ বিশ্বাসযোগ্য আৰু নিৰ্ভৰযোগ্য চুক্তিৰ দ্বাৰাই অপৰাধৰ প্ৰায়শ্চিত্ত হয়, আৰু যিহোৱালৈ ৰখা ভয়ৰ দ্বাৰাই মানুহ বেয়াৰ পৰা আঁতৰি আহে।
Door oprechte liefde wordt de zonde uitgeboet, Uit vrees voor Jahweh leert men het kwaad mijden.
7 ৭ যেতিয়া কোনো লোকৰ আচৰণে যিহোৱাক সন্তুষ্ট কৰে, তেতিয়া তেওঁ সেই জনৰ শত্রুসকলকো তেওঁৰ লগত শান্তিত থাকিব দিয়ে।
Als Jahweh behagen heeft in iemands wegen, Maakt Hij zelfs diens vijanden met hem bevriend.
Beter weinig met eerlijke middelen, Dan rijke inkomsten door onrecht.
Al kan de mens bij zichzelf overleggen, Het is Jahweh, die zijn schreden richt.
Van ‘s konings lippen komt een orakel, Bij een rechtszaak faalt zijn uitspraak niet.
Een juiste balans en weegschaal zijn van Jahweh, En iedere gewichtssteen is zijn werk.
12 ১২ যেতিয়া ৰজাই বেয়া কৰ্ম কৰে, তেতিয়া কিছুমান অবজ্ঞা কৰিবলগীয়া বিষয় হয়, কাৰণ তেওঁৰ সিংহাসন সৎ কাৰ্য কৰাৰ দ্বাৰাই স্থাপন কৰা হৈছে।
Koningen moeten een afschuw van misdaden hebben; Alleen door rechtvaardigheid staat een troon sterk.
Een koning heeft welbehagen in eerlijke taal, En houdt van iemand, die waarheid spreekt.
14 ১৪ ৰজাৰ ক্ৰোধ মৃত্যুৰ বাৰ্ত্তাবাহক স্বৰূপ; কিন্তু জ্ঞানী লোকে তেওঁৰ ক্রোধ শান্ত কৰিবলৈ চেষ্টা কৰে।
De toorn eens konings is de bode van de dood; Een wijs man weet hem te ontwapenen.
Een vriendelijk gezicht van den koning betekent leven, Zijn welgevallen is als een wolk vol lenteregen.
Wijsheid verwerven is beter dan goud, Ervaring krijgen verkieslijker dan zilver.
17 ১৭ ন্যায়পৰায়ণ লোকৰ ৰাজপথ পাপৰ পৰা আঁতৰি থাকে; যি জনে নিজৰ জীৱন সুৰক্ষিত কৰে, তেওঁ নিজৰ পথৰ তত্বাৱধান কৰে।
Het pad der deugdzamen weet het kwaad te vermijden; Wie op zijn weg let, beschermt zichzelf.
Hoogmoed komt vóór de val, Hooghartigheid, voordat men struikelt.
Beter deemoedig te zijn met armen, Dan met hovaardigen buit te delen.
20 ২০ যিসকলে শিক্ষা লাভ কৰি অনুশীলন কৰে, তেওঁলোকে মঙ্গল বিচাৰি পায়; আৰু যি সকলে যিহোৱাত নির্ভৰ কৰে, তেওঁলোক সুখী হয়।
Wie op zijn woorden let, heeft het goed; Gelukkig hij, die op Jahweh vertrouwt!
21 ২১ যিজন হৃদয়েৰে জ্ঞানী, তেওঁক সুবিবেচক বুলি কোৱা হয়, আৰু মৃদু কথাই শিক্ষা দিয়া সক্ষমতা বৃদ্ধি কৰে।
Een wijze geest wordt verstandig genoemd, Maar met goede woorden bereikt men nog meer.
Inzicht is een levensbron voor wie het bezit, Dwazen worden met dwaasheid bestraft.
Een wijze geest spreekt verstandige taal, Hij maakt, dat zijn woorden overtuigen.
Vriendelijke woorden zijn een honingraat, Zoet voor de ziel en verkwikkend voor het gebeente.
Soms houdt men een weg voor de rechte, Die tenslotte uitloopt op de dood.
De honger zet den arbeider aan tot werken; Zijn mond dwingt hem ertoe.
Een man, die niet deugt, is een oven van boosheid; Op zijn lippen brandt als het ware een vuur.
Een wispelturig mens stuurt op ruzie aan, Een lastertong brengt onenigheid tussen vrienden.
Een booswicht tracht zijn naaste te verleiden, En hem te brengen op een weg, die niet deugt.
30 ৩০ যিজনে চকু টিপিয়াই, তেওঁ অসৎ বিষয়ৰ পৰিকল্পনা কৰে। যিসকলে ওঁঠ কামোৰে তেওঁলোকে পাপ কাৰ্য হ’বলৈ দিয়ে।
Wie zijn ogen toeknijpt, is iets vals van plan; Wie zijn lippen opeenperst, heeft het kwaad al gedaan.
Het grijze haar is een heerlijke kroon, Die op het pad der deugd wordt verkregen.
Een lankmoedig man is meer waard dan een krachtmens; Wie zichzelf beheerst, staat hoger, dan wie een stad bedwingt.
Wel wordt het lot in de schoot geworpen Maar wat het uitwijst, komt van Jahweh.
